De weerwolf in de literatuur

De weerwolf in de literatuur Sinds de Griekse geschiedschrijver Herodotus er 2500 jaar geleden over schreef, is de populariteit van de weerwolf in de literatuur alleen maar toegenomen. Lezers kunnen blijkbaar niet genoeg krijgen van het idee dat een mens zou kunnen veranderen in een bloeddorstig monster. De gedaanteverandering vindt gewoonlijk plaats als gevolg van een betovering en is van korte of langere duur. Het opheffen van de vervloeking is soms mogelijk door het uitvoeren van bepaalde handelingen of rituelen. Hoewel in de meeste verhalen de weerwolf de 'bad guy' is die nietsontziend te werk gaat, zijn er ook voorbeelden te vinden van sympathieke weerwolven die een heldenrol krijgen toebedeeld.

De reputatie van de wolf

Wolven werden lange tijd gezien als symbolen van niet in te tomen geweld. De westerse traditie benadrukte eeuwenlang zijn wreedheid en vraatzucht, en wanneer een mens met een wolf werd vergeleken, was dit om zijn beestige natuur. Zo worden in de Bijbel de goddeloze vorsten van Jeruzalem vergeleken met "wolven die hun prooi verscheuren en levens vernietigen om zich op oneerlijke wijze te verrijken" (Ezechiël 22:27), en de Romeinse filosoof Boëthius (5e eeuw) vergeleek in zijn invloedrijke werk Over de vertroosting der wijsbegeerte de zondige mens met een wolf, die al zijn menselijkheid had opgegeven. Vanuit die achtergrond is het te begrijpen dat de weerwolf het symbool werd van de mens die zich verlaagt tot een beest dat de maatschappij en zichzelf schade berokkent. De gedaanteverandering die hij ondergaat kan gezien worden als zijn afscheiding van de maatschappij der mensen.

De mythe der gedaanteverwisseling

Gedaanteverwisseling is een vaardigheid die wereldwijd aan sjamanen, tovenaars en heksen wordt toegeschreven. Zo helpt de tovenaar Merlijn in de Arthurlegende Uther Pendragon om koningin Igraine te misleiden door hem de gedaante van haar gestorven echtgenoot te geven. Er worden ook sinds mensenheugenis mythes verteld over goden die zich naar believen kunnen veranderen in levende of levenloze dingen. Zo kan de Indische god Vishnoe zich onder meer veranderen in een vis, beer, schildpad of man-leeuw. In een IJslandse saga verandert Odin zich in een vogel, wild dier of draak, en de Griekse oppergod Zeus transformeert in een zwaan om de mooie koningsdochter Leda te kunnen verleiden. Het eeuwenoude geloof in de mogelijkheid van gedaanteverwisseling, uit vrije wil of gedwongen door magie, was eveneens de basis van talloze Europese legenden over weerwolven en weerberen.

In Arcadia, een regio in het antieke Griekenland die werd geteisterd door wolven, was er een cultus van de "Wolf-Zeus" waarbij priesters op de berg Licaeus jaarlijks offers brachten. Die gingen gepaard met het eten van menselijk vlees, en er werd gezegd dat wie daarvan at voor minstens negen jaar een wolf werd. De verhalen over mensen die transformeren in dieren zijn echter al veel ouder en stammen waarschijnlijk zelfs uit prehistorische tijden. Het vroegst bekende schriftelijk verslag van het voorkomen van weerwolven vinden we in de Historiën van de Griekse geschiedschrijver Herodotus (484 - 425 v.Chr.) Hij spreekt over de kannibalistische volksstam van de Neuri, die ten noordoosten van Scythië woonde. Volgens de legende waren zij in staat om enkele dagen per jaar op magische wijze de gedaante aan te nemen van een wolf. Ook Romeinse auteurs als Vergilius en Petronius schrijven over gedaanteverwisseling, maar niet altijd over wolven. Apuleius beschrijft in De Gouden Ezel bijvoorbeeld hoe zijn ongelukkige held in een ezel verandert. Het was echter vooral Ovidius, een Romeins dichter uit de eerste eeuw v.Chr., die de weerwolf als literair motief introduceerde.

De weerwolf als literair motief

"Lycantropie begrijp ik, want zelfs zonder transformatie worden mensen wolven bij de geringste aanleiding." (Lord Byron in Don Juan, Canto IX, 20)

Klassieke oudheid

Metamorfosen is een lang episch ('vertellend') gedicht uit de eerste eeuw waarin Ovidius 250 mythen navertelt. Hij beschrijft hoe Lycaon door de god Jupiter werd veranderd in een wolf als straf voor zijn onmenselijke behandeling van zijn gasten. Een halve eeuw later zou de Romeinse schrijver Petronius in zijn Satyricon een weerwolf opvoeren die zich naar believen kon transformeren. In zijn gedaante als dier richt hij slachtpartijen aan onder schapen en runderen.

Middeleeuwen

Middeleeuwse christelijke theologen als Augustinus (354 - 430) en Thomas van Aquino (1225 - 1274) vonden het blijkbaar een interessant onderwerp. Beiden kwamen tot de conclusie dat de lichamelijke transformatie van een mens door magie of de duivel niet mogelijk was, en dus een illusie moest zijn. Het geloof in weerwolven is sindsdien voor de christen een zonde.

Het bekendste weerwolfverhaal uit de middeleeuwen is Bisclavret, een lay (rijmende romance) van de dichteres Marie de France die dateert uit circa 1200. 'Bisclavret' is de Bretoense benaming voor een weerwolf (in het Frans: loup-garou). Het gaat over een weerwolf (een baron) die door zijn eigen vrouw verraden wordt nadat hij bekend heeft waarom hij drie nachten per week zijn kleren aflegt en het bos intrekt. Samen met haar nieuwe minnaar (een ridder) verstopt ze de kleren van haar man, waardoor de baron zijn menselijke gedaante niet meer kan aannemen. Vreemd is wel dat Marie de France aan het eind van haar gedicht benadrukt dat het verhaal over de weerwolf geen verzinsel is en dat het veel voorkomt in Bretagne.

L'aventure ke avez oïe (Het avontuur dat u net hebt gehoord)
veraie fu, n'en dutez mie. (is echt, twijfel er niet aan)
De Bisclavret fu fet li lais (De lay over Bisclavret werd ervan gemaakt)
Pur remembrance a tutdis mais. (door degenen die het zich nog herinneren)


Drie andere middeleeuwse verhalen gaan, net als bij Bisclavret, over sympathieke weerwolven
  • Guillaume de Palerne (circa 1195) waarin Alphonse, de rechtmatige erfgenaam van de Spaanse troon, zelfs in zijn beestachtige vorm zijn menselijkheid behoudt.
  • Arthur en Gorlagon de weerwolf, een Latijnse prozaromance uit circa 1200, gaat over een koning die in een wolf wordt veranderd door zijn valse vrouw, en hoe hij later gered wordt door een andere koning die onder de indruk is van zijn menselijk gedrag.
  • Een verhaal van Giraldus Cambrensis in een werk over de topografie van Ierland (circa 1215) gaat over een echtpaar dat gedwongen wordt zeven jaar als wolven te leven. Wanneer de vrouw op haar sterfbed ligt, gaat de man in zijn wolvengedaante naar een priester met het verzoek zijn vrouw het laatste sacrament toe te dienen. Zo wordt hij gered van de vloek.

Vroegmoderne tijd

De renaissance tot de 18e eeuw is een stille tijd voor de weerwolf in de literatuur. Er bestaan nochtans veel verslagen over een 'weerwolvenplaag' in het Frankrijk van de 16e eeuw. Zo zou ook de seriemoordenaar Gilles Garnier (gestorven in 1573) een weerwolf zijn geweest. In Frankrijk werden bijna 1600 overlijdensaktes uit de periode 1580-1840 gevonden, waarvoor de schrijver de wolf of een vleesetend dier als schuldige aanwees. Tijdens de grote heksenvervolgingen in Europa werden veel mensen ervan beschuldigd zich in een weerwolf te kunnen veranderen. In de literatuur bleef de weerwolf echter zo goed als afwezig vanaf de middeleeuwen tot de 19e eeuw. De Spaanse romanschrijver Cervantes vermeldde in zijn roman Persiles en Sigismunda uit 1617 wel het volksgeloof in weerwolven, en in Engeland voerde John Webster een weerwolf op in zijn toneelstuk The Duchess of Malfi (1613). De meeste meldingen over weerwolven in deze periode zijn echter te vinden in wettelijke en theologische documenten.

19e eeuw

Vanaf het midden van de 19e eeuw duikt de weerwolf als onderwerp terug op in korte verhalen. Ook enkele romans werden bijzonder populair, zoals Der Wärwolf (1848) door de Duitse schrijver Willibald Alexis. Le meneur de loups (de leider van de wolven) van Alexandre Dumas père wordt tot een van de betere romans in het genre gerekend. Bekende schrijvers die in hun korte verhalen een weerwolf opvoeren, zijn Guy de Maupassant, Rudyard Kipling en Robert Louis Stevenson. Een van de meest markante weerwolfverhalen is van de hand van De Maupassant. In 1882 publiceerde hij Le Loup (De wolf), een meesterlijk magisch verhaal over een kolossale vraatzuchtige witte wolf die in de 18e eeuw ook op mensen jaagde. Een nieuwigheid aan het eind van de eeuw zijn de verhalen over vrouwelijke weerwolven. Een voorbeeld hiervan is The Were-Wolf uit 1896, een allegorische erotische fantasie door Clemence Annie Housman, een actieve suffragette. Voor zover bekend was het Frederick Marryat die als eerste een vrouwelijke weerwolf opvoerde in zijn roman The Phantom Ship uit 1839.

20e eeuw tot heden

Ook in de 20e eeuw bleef de weerwolf een populair thema. The Werewolf of Paris (1933) van Guy Endore wordt beschouwd als een van de beste weerwolfromans die ooit zijn geschreven. Endore suggereert in zijn verhaal dat de beestigheid van de weerwolf niets is in vergelijking met de wreedheden die in de periode 1870-1871 in Parijs werden begaan onder de radicaal socialistische en revolutionaire regering. Endores roman zou reeds in 1935 onder dezelfde titel worden verfilmd, en in 1961 zou een tweede verfilming volgen onder de titel Curse of the Werewolf. Een andere literaire roman over de weerwolf is Vandover and the Brute (1914), Frank Norris' studie van de slopende ziekte lycantropie, waarin zijn protagonist Vandover de illusie heeft dat hij een weerwolf is.

De ernstige literatuur had voor de rest weinig aandacht voor het thema weerwolf, maar in de 20e eeuw kwam de markt voor de pulpliteratuur in een stroomversnelling. In tijdschriften als Weird Tales werden tal van weerwolfverhalen gepubliceerd in de periode tussen 1920 en 1930. Er rolden ook massa's weerwolfverhalen van de persen en de filmindustrie produceerde sinds de jaren 1940 tientallen films over weerwolven. Curt Siodmak schreef het scenario voor The Wolf Man (1941), een film die de weerwolf zijn plaats bezorgde als populairste filmmonster na Dracula en het monster van Frankenstein. Amerikaanse pulpmagazines benadrukken vooral de vraatzucht en wreedheid van de weerwolf. Een van de interessantere uitwerkingen van het thema in dergelijke magazines, is Bruce Elliotts Wolves Don't Cry (Wolven huilen niet) uit 1954. Elliott keert hier de traditionele gedaanteverandering om, en beschrijft de reactie van een wolf die verandert in een mens. Een van de bijzonderste korte verhalen over de weerwolf uit de 20e eeuw is Lila, the Werewolf (1974) door Peter S. Beagle. In zijn ironisch opgevatte vertelling is de weerwolf een vrouw die meer last heeft van haar allergieën dan van haar herhaalde transformaties. Tussen 1970 en 1990 was er sprake van een ware explosie van weerwolffictie en verhalen over andere bovennatuurlijke thema's. Voorbeelden hiervan zijn Whitley Striebers The Wolfen (1978), Gary Brandners The Howling (1977), Thomas Tessiers The Nightwalker (1981), The Silver Bullet (1983) van Stephen King, en The Wolf's Hour van Robert R. McCammon (1989).

Blijvende populariteit

Het weerwolfthema blijft het goed doen op de boekenmarkt. Anno 2020 is de lijst recent verschenen weerwolfliteratuur te lang om op te sommen, zodat we ons moeten beperken tot enkele bekende voorbeelden. J.K. Rowling voerde in haar Harry Potter and the Prisoner of Azkaban de weerwolf Lupin op. In Stephenie Meyers Twilight-reeks voeren vampieren strijd met een leger van weerwolven. Ook de bestsellerauteur Stephen King schreef meerdere verhalen waarin weerwolven voorkomen. Zijn kort verhaal Cycle of the Werewolf uit 1983 werd verfilmd als The Silver Bullett (1985). Opvallend veel Engelstalige vrouwelijke auteurs worden aangetrokken door het genre. Om er enkele te noemen: Angela Carter, Stephenie Meyer, Maggie Stiefvater, Cassandra Clare, Patricia Briggs, Andrea Cremer en Kelley Armstrong. In een Top Tien weerwolfboeken aller tijden, samengesteld na een onderzoek door de Universiteit van Durham, komen volgende fictieverhalen voor: Harry Potter and the Deathly Hallows door J.K. Rowling, Bisclavret door Marie de France, The Bloody Chamber door Angela Carter, Cabal door Clive Barker (1988), The Neverending Story door Michael Ende, The Silmarillion door J.R.R. Tolkien, en The Cycle of the Werewolf door Stephen King.

Vanwaar die fascinatie voor de weerwolf?

De weerwolf blijft populair in de sensationele literatuur. Psychologische verklaringen voor dit fenomeen komen er in het algemeen op neer dat de weerwolf het symbool is voor 'het beest binnenin'. Het fascineert mensen dat slechts een laagje beschaving dit beest ervan weerhoudt om in ons los te breken. De weerwolf zelf is als wezen de symbiose van twee tegengestelden: natuur (het dier) en cultuur (de mens). In de psychoanalyse kan de weerwolf geïnterpreteerd worden als een projectie van de "Schaduw": de onbewuste tegenpool van het bewuste Ik en het irrationele, instinctieve deel van onze psyche dat we te bedreigend vinden om te aanvaarden. De weerwolf en zijn literaire verwanten helpen ons om onze angsten onder ogen te durven zien.

Het kwaad is fascinerend, zowel in het leven als in de literatuur. Mensen genieten van de manier waarop de beste horrorverhalen menselijke ontmoetingen met het kwaad beschrijven. Ze lezen ademloos hoe de personages in het verhaal het kwaad in de gedaante van een monster als de weerwolf bestrijden. Een strijd die eindigt met de overwinning op het kwaad, of het zelf bezwijken onder de macht en de verleiding van het kwaad.
© 2020 - 2024 Jgrandgagnage, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
De Weerwolf Een mythe?Er kwam een grommend geluid over zijn lippen en zijn ogen waren bloeddoorlopen. Je hoorde de naden van zijn spijkerbroek…
Volksverhalen: mythe, legende, sage, saga, sprookje, fabelVolksverhalen: mythe, legende, sage, saga, sprookje, fabelVolksverhalen, de mythe, de legende, sage, het sprookje en de fabel, zijn ontstaan als mondelinge verhalen. Verhalen die…
Griekse mythologie, wat is een mytheDe Griekse mythologie bevat verhalen over de goden, godinnen, magie en monsters uit een tijd van duizenden jaren terug.…
Wolvenmens – Wat zit achter de mythe van een weerwolf?Dat mensen in wolven veranderen is geen uitvinding van Hollywood. Al sinds de Middeleeuwen kwam het tot een regelrechte…

Noordse mythologie: de negen wereldenNoordse mythologie: de negen wereldenVolgens de Noordse mythologie werden de aarde en het heelal geschapen door de drie eerste goden, Odin, Vili en Vé, die h…
Noordse mythologie: Het scheppingsverhaalNoordse mythologie: Het scheppingsverhaalNet zoals vele andere culturen en religies heeft ook de Noordse mythologie haar eigen scheppingsverhaal. Het scheppingsv…
Bronnen en referenties
  • Inleidingsfoto: Clker-Free-Vector-Images, Pixabay
  • Jean-Charles Seigneuret (1988) - Dictionary of Literary Themes and Motifs: L-Z - Vol. 2. Greenwood Press. ISBN= 0-313-26397-3
  • Stephen Prince (2004) - The Horror Film (Hoofdstuk "The Appeal of Horror and Suspense"), Rutgers University Press. ISBN=978-0813533636
  • Marie de France https://sites.google.com/view/mariedefrance/bisclavret-nederlandse-vertaling
Jgrandgagnage (25 artikelen)
Laatste update: 29-08-2020
Rubriek: Kunst en Cultuur
Subrubriek: Mythologie
Bronnen en referenties: 4
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.