Amalia van Solms-Braunfels (1602-1675)
Toen Amalia van Solms in 1625 in Den Haag werd aangekleed voor haar huwelijk met Frederik Hendrik, vouwde zij plechtig haar handen en sprak de woorden: "Quid reddam Domino?" ("Hoe zal ik het de Heer vergoeden?"). Door deze woorden uit te spreken toonde zij haar dankbaarheid maar ook haar verbazing. Dat Amalia zou eindigen op zo'n hoge positie was iets wat niemand had durven hopen toen ze werd geboren.
Inhoud
Amalia, gravin van Solms-Braunfels (1602-1675)
Amalia stond bekend als een intelligente, maar niet al te ontwikkelde vrouw. Haar brieven waren geschreven in simpel en fonetisch (het fonetisch alfabet is een alfabet waarbij de klanken zoals deze worden uitgesproken worden opgeschreven) Duits en Frans. Zij stond niet bekend als een schoonheid maar was een flinke en frisse verschijning. Ze was ambitieus, levendig, praktisch en opgewekt van aard. Juist zij is het die met al haar positieve en negatieve eigenschappen het Huis van Oranje glans en aanzien heeft gegeven. Ook toen het voortbestaan van de Oranje dynastie wankelden.
Jeugd
Amalia van Solms-Braunfels werd geboren op 31 augustus 1602 op het familieslot in Braunfels am de Lahn, Duitsland. Ze was de derde dochter van Johann Albrecht I, graaf van Solms-Braunfels (1563-1623) en Agnes, gravin van Sayn-Wittgenstein (1568-1617). Haar vader was een neef van Willem van Oranje en Amalia bevond zich in het algemeen in goede kringen. Helaas stamde ze uit een geslacht van oude maar verarmde adel. Haar vader was opperhofmeester aan het Heidelbergsehof en één van de belangrijkste adviseurs van Frederik V, de koning van Bohemen. De bijnaam van Frederik V is ook wel de "winterkoning". Door deze belangrijke functie reisde het gezin heel wat af. In 1620 liet de unie van Frederik V hem in de steek en hij vluchtte samen met zijn vrouw, de Engelse koningsdochter Elizabeth Stuart, naar Praag om later in Nederland te gaan wonen.
Frederik Hendrik (1584–1647)
Frederik Hendrik is in 1584 geboren in het Delftse Prinsenhof en was het twaalfde en tevens laatste kind van Willem van Oranje. Zijn moeder was de vierde vrouw van Willem van Oranje, haar naam was Louise de Coligny. Willem van Oranje was zo blij met de geboorte van deze zoon dat hij na zijn doop, die plaats vond in de Nieuwe Kerk te Delft, een groot feest organiseerde.
Jeugd
Een kleine maand later werd Willem van Oranje vermoord door Balthazar Gerards. Dit drama speelde zich af op de trappen van het prinsenhof. Balthazar werd opgepakt, berecht en terecht gesteld op de Markt voor het Stadhuis in Delft. Louise de Coligny vertrok uit Delft omdat "zij niet kon blijven op een plek waar ik zo'n groot verlies heb geleden". Ze verliet Delft en nam Frederik Hendrik met zich mee, ze keerde alleen nog terug in Delft om het graf van haar man te bezoeken. Ze besteedde veel tijd en aandacht aan de opvoeding van haar zoon en introduceerde hem aan het Franse hof van de koning. Hier leerde hij de dingen die een edelman van zijn tijd behoorde te weten; dansen, een goed gesprek voeren, paardrijden en schermen. De krijgskunst (een oud woord voor oorlogvoering) leerde hij van zijn zeventien jaar oudere halfbroer Maurits. Maurits was hun vader na zijn dood opgevolgd als Stadhouder. In 1600 deed Frederik Hendrik mee aan de beruchte slag bij Nieuwpoort en hij viel daar op door zijn moed en strategisch inzicht. Helaas was de krijgskunde niet het enige wat Frederik Hendrik van zijn losbandige en drankzuchtige halfbroer Maurits leerde... Zijn moeder Louise de Coligny klaagde hier vaak over: "Hij aapt zijn broer in alles na".
Frederik Hendrik raakte in de Haagse kringen bekend als Mooi Heintje, een ware hartenbreker. Net als zijn halfbroer Maurits nam Frederik Hendrik het niet zo nauw met de vrouwen en was zeker niet van plan zich te binden. Zelfs niet toen hij bij één van zijn minnaressen een zoon verwekte.
Maurits' laatste wens
Maurits had in het jaar 1625 inmiddels de hoge leeftijd van 58 jaar bereikt en lag op sterven. Hij riep zijn halfbroer Frederik Hendrik bij zich. Hij eiste van zijn halfbroer dat deze meteen zou trouwen en een wettige nakomeling zou verwekken. Als Frederik Hendrik dat niet zou doen zou het Huis van Oranje uitsterven. Maar daar had de 41 jarige Mooi Heintje geen zin in, hij was een vrij man en wenste dat ook te blijven. Maurits werd woedend. Hij had gedurende zijn leven acht bastaardkinderen verwekt en dreigde zelf te trouwen en zo één van deze kinderen tot erfgenaam en opvolger te benoemen. Dit gaf de doorslag voor Frederik Hendrik...
Louise de Coligny /
Bron: Onbekend, Wikimedia Commons (Publiek domein)
De ontmoeting tussen Frederik Hendrik & Amalia
Frederik V en Elizabeth Stuart vluchtte naar Praag. Amalia reisde met hun mee als hofdame van Koningin Elizabeth. Ze namen hun intrek in het Hradschin (een burcht in Praag). Slechts: "Een winter genoot ze van de verkwistende banketten, jachtpartijen en sledetochten die de luchthartige Elizabeth organiseerde. Toen maakte de Slag op de Witte Berg voorgoed een einde aan de droom", volgens Amalia. Het leger van de koning van Bohemen (Frederik V) werd verpletterend verslagen door de keizerlijke troepen. Alle edelen en hovelingen sloegen in paniek op de vlucht en het leven van het koningspaar was in groot gevaar.
Amalia trad zeer daadkrachtig op en bleef haar koningin trouw. Ze ondernam samen met de zwangere vorstin een barre tocht naar het westen. Onderweg beviel de koningin van een gezond kind en Amalia hielp bij de bevalling. Niemand wilde hun onderweg onderdak verlenen, zelfs niet tijdens de bevalling. De keizer had gedreigd met hofban (een zeer zware straf, waarbij je zonder bezittingen verbannen werd) voor degene die de koning of koningin zouden helpen.
Den Haag
Na een lange en zware reis arriveerden de vluchtelingen volkomen berooid in Den Haag. Ze moesten in allerijl vertrekken en hadden geen kans gezien enige spullen mee te nemen. Prins Maurits van Oranje ving de koningin en Amalia op en bood ze onderdak aan in een huis op de Kneuterdijk in Den Haag. De koningin was met haar gevolg vaak op het Haagse Binnenhof te vinden. Het was daar dat Frederik Hendrik zijn oog liet vallen op de jonge hofdame van de koningin, Amalia van Solms.
Maar Amalia kende de reputatie van Frederik Hendrik en liet zich niet verleiden om zijn minnares te worden. Haar trots, ambitie en berekenende houding weerhielden haar hier van. Door de knappe Frederik Hendrik op afstand te houden wakkerde ze zijn hartstocht alleen maar verder aan. Toen Maurits een huwelijk van zijn halfbroer eiste in 1625, rende Frederik Hendrik zich naar de hofdame van koningin Elizabeth en vroeg haar ten huwelijk. Amalia van Solms, die geen geld of andere rijkdom bezat als bruidsschat, aarzelde geen moment en zei meteen ja. Toch was Amalia zeker wel een goede partij voor Frederik Hendrik want haar oma was een zus van Willem van Oranje. Dit maakte Amalia en Frederik Hendrik niet alleen man en vrouw maar ook achterneef en -nicht.
Amalia van Solms en Frederik Hendrik /
Bron: Gerard van Honthorst, Wikimedia Commons (Publiek domein) Huwelijk
Tijdens een korte en sobere plechtigheid gaf Amalia haar jawoord aan Frederik Hendrik. De bekende dichter Vondel schreef er het volgende gedicht over:
Had Paris dees belocnkt in 't midden van Godinnen
Had hem Amelia bescheenen met een blick
Hij hadse schoonst geroemt: nu schonck haar Frederick
d’Oranjen Appel, als aan d’eere der Vorstinnen.
Frederik Hendrik had met dit huwelijk de Oranje-erfenis en het Stadhouderschap veilig gesteld en daarnaast ook nog eens een lieve 23 jarige echtgenote gevonden. Hoewel ze beide uit pure berekening met elkaar waren getrouwd wachtten hun een harmonieus huwelijksleven. Op 23 april 1625, kort na het huwelijk wat plaats vond in de Haagse kloosterkerk, overleed Maurits Maar hij kon tevreden zijn ogen sluiten, de ondergang van de Oranjes was gered. Met het overlijden van zijn halfbroer Maurits nam Frederik Hendrik zijn functie als Stadhouder en kapitein-generaal van Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland en Overijssel over.
De wittebroodsweken duurden helaas niet lang. Nog geen twee weken na hun huwelijk ging Frederik Hendrik al op veldtocht om pas in september van dat jaar terug te keren. In 1626 schenkt Amalia het leven aan en zoon, genaamd Willem. De hele Republiek der Verenigde Gewesten was uitzinnig van vreugde. In totaal schonk Amalia het leven aan 7 dochters en twee zonen. Helaas zijn er maar vier van de zeven dochters en één van de twee zonen in leven gebleven.
Hofleven
Al snel werd duidelijk dat er een nieuwe wind ging waaien op het hof met Frederik Hendrik en Amalia aan het roer. Ze zochten toegang tot de Europese vorstenhoven en dat lukte want Frederik Hendrik droeg tenslotte de titel 'Prins van Oranje". Door het bezit van dit kleine prinsendom in het zuiden van Frankrijk, kreeg het gezin van Oranje toch een monarchaal tintje in de verder zo burgerlijke Republiek. Het echtpaar hield beide van mooie bouwwerken en kunst en hun huizen en paleizen hingen er vol mee.
De losbol Frederik Hendrik hield er geen maîtresses op na en de kinderen volgden elkaar in spoedig tempo op. Amalia was dan ook een vrouw met groot plichtsbesef en bestuurde zowel haar gezin als de hofhouding op strikte wijze. Hierbij werd ze van nature geholpen door haar spontane en open persoonlijkheid. Helaas was Amalia niet zo goed in het in de hand houden van haar zelfbeheersing, ze kon makkelijk in woede uitbarsten en dit ging ten koste van haar waardigheid en hierdoor kwam ze nogal eens lomp over. Maar ondanks dat kwam in Den Haag langzaam een hofleven van de grond dat sterk internationaal beïnvloed was en sommige dingen waren rechtstreeks overgenomen van het Boheemse hof. En Amalia van Solms stond stevig aan de leiding.
Hofcultuur
Dankzij Amalia's verstandige beheer van het Oranjekapitaal konden zij en Frederik Hendrik drie schitterende nieuwe paleizen laten bouwen. Frederik Hendrik was een aanhanger van het Franse Classicisme en al voor zijn huwelijk had hij zijn eerste bouwproject afgerond. In 1620 bouwde hij samen met een Franse architect het jachtslot Honselaarsdijk in Honselaardsdijk in het Westland. Ook werd op aandringen van Amalia het Stadhouderlijk kwartier, gelegen op het Binnenhof, verbouwd en uitgebreid met een aantal luxe appartementen die uitkeken op de Hofvijver. De Ridderzaal vormt heden dagen nog steeds het hart van het Binnenhof, maar in de tijd van Amalia heette dit de Grote Zaal. Het was in het begin een feestzaal voor de Graven van Holland.
In 1630 werd begonnen met de bouw van huis ter Nieuburch bij Rijswijk en in 1640 werd het Oude Hof aan het Noordeinde verbouwd. Van de paleizen Honselaarsdijk en ter Nieuburch zijn helaas alleen nog plaatjes over. Ook de interieurs van de paleizen en buitenhuizen werden grondig aangepakt en geheel op Franse wijze ingericht. Hiermee introduceerde het echtpaar van Oranje de Franse stijl ook meteen als dé nieuwe woonstijl in Nederland.
Het was bijvoorbeeld nieuw dat het echtpaar beide een eigen appartement had met een antichambre, een chambre, een kabinet en een kleedkamer. Ook waren de vloeren bedekt met inlegwerk van diverse (kostbare) houtsoorten, tegenwoordig noemen we dit parket. En de stoffering van de gordijnen, bedden en stoelen was allemaal op elkaar afgestemd. Dit werd in de Franse woonstijl ameublement genoemd.
Huis ten Bosch
Amalia had in 1645 van de Staten van Holland een stuk land ter beschikking gekregen voor de bouw van een lusthuis (zomerverblijf). Naar een ontwerp van Pieter Post werd er in het Haagse Bosch het schitterende paleis Huis ten Bosch gebouwd. Dit huis vormde later het hoogtepunt van de hofcultuur. Het hof van Frederik Hendrik en Amalia was levendig en mondain. Jammer genoeg zijn er niet tot nauwelijks gegevens bewaard gebleven over de toneel-, muziek- en dansuitvoeringen die er allemaal gehouden zijn. Frederik Hendrik en Amalia overtroffen hun voorgangers in alle opzichten met betrekking tot het voeren van een goede hofhouding. De prins bleek een militair genie en maakte een einde aan de Tachtigjarige Oorlog en Amalia maakte het Hof van Oranje tot een weelderig onderkomen. Bezeten van kunst tooiden ze hun paleizen met werken van Rembrandt, Lievens, Van Dijck, Jordaens en Honthorst. Met Frederik Hendrik aan het roer ging Nederland de Gouden Eeuw in. Edelen van heel Europa trokken naar Den Haag en een Duitse neef van Frederik Hendrik bouwde een statig paleis aan de Hofvijver. Dit paleis bestaat nog steeds en heet tegenwoordig het Mauritshuis.
Amalia's dynastieke ambitie's
Amalia was een enorm zelfstandige en consequente vrouw. Ze regeerde haar hofhouding en gezin met strakke hand. Dit bleek ook uit de huwelijken die zij sloot voor haar kinderen.
De kinderen en de politiek
Zoals eerder gezegd hadden Amalia en Frederik Hendrik negen kinderen:
- Willem II van Oranje (27-05-1626 - 06-11-1650, Stadhouder en gehuwd met Maria (Mary) Stuart)
- Louise Henriëtte van Nassau (07-12-1627 - 18-06-1667, gehuwd met Frederik Willem I van Brandenburg)
- Henriëtte Amalia van Nassau (26 -10-1628 - december 1628)
- Elisabeth van Nassau (04-08-1630 - 04-08-1630)
- Isabella Charlotte van Nassau (28-04-1632 - april 1642)
- Albertine Agnes van Nassau (09-04-1634 - 24-05-1969, gehuwd met Willem Frederik van Nassau-Diets)
- Henriëtte Catharina van Oranje (10-02-1637 - 03-11-1708, gehuwd met Johan George II van Anhalt-Dessau)
- Hendrik Lodewijk van Nassau (30-11-1639 - 29-12-1639)
- Maria van Nassau (05-09-1642 - 20-03-1688, gehuwd met Lodewijk Hendrik Maurits van Palts-Simmern)
Toen Frederik Hendrik na het overlijden van zijn broer, Maurits, stadhouder werd breidde hij zijn invloed op het beleid sterk uit. Door de uitbreidende invloed van haar man, groeide ook de invloed van Amalia. Amalia was een goede raadgeefster en klankbord voor haar man, maar van directe politieke invloed van haar kant was geen sprake.
Toch zat Amalia niet stil en probeerde vooral via de huwelijken van haar kinderen haar dynastieke ambities te verwezenlijken. Haar grootste triomf behaalde ze, toen ze na lang en zorgvuldig onderhandelen, er in slaagde haar enige zoon Willem uit te huwelijken aan de negen jarige koningsdochter Mary Stuart van Engeland. Mary Stuart was de dochter van koning Karel I en dus een uitstekende partij. Maar Amalia liet zich zelf van haar onsympathieke kant zien toen haar dochter Louise wilde trouwen met haar jeugdliefde prins Henri-Charles de la Tremoïlle. Amalia verbood haar dochter dit huwelijk omdat de beste prins niet invloedrijk genoeg zou zijn. In 1646 trad Louise gedwongen in het huwelijk met Frederik Willem, de keurvorst van Brandenburg. Louise werd door dit huwelijk de stammoeder van de latere koningen van Pruisen en keizers van Duitsland.
Voor de jongere dochters was de nood voor het vinden van een belangrijke echtgenoot minder hoog. Albertina Agnes trouwde in 1652 met de Friese stadhouder Willem Frederik van Nassau-Dietz. Van dit echtpaar stamt onze huidige koninklijke familie rechtstreeks af! Henriëtte Catharina trouwde in 1657 met Johan Georg vorst van Anhalt-Bessau en Maria in 1666 met Lodewijk Hendrik Maurits, paltsgraaf van Simmern
Het overlijden van Frederik Hendrik
Amalia´s rol als raadgeefster en klankbord begon langzaam te veranderen rond 1640. Haar man leed aan jicht, die steeds ernstiger werd en vermoedelijk ook aan een vorm van Alzheimer. Hij was steeds minder goed in staat belangrijke politieke beslissingen te nemen. Amalia verving haar man geregeld tijdens politiek of diplomatiek overleg. In 1648 wist Amalia haar man te overtuigen de vredesbesprekingen te starten die uiteindelijk zouden leiden tot de Vrede van Münster. Voor deze inspanningen werd ze door Spanje beloond met het kasteel Turnhout en de daarbij behorende heerlijkheid (landgoed). Door deze ontwikkelingen begon de familie van Oranje steeds meer een monarchale dynastie te worden in plaats van een familie van Stadhouders. Uiteindelijk overleed Frederik Hendrik in 1647. Hij werd in Delft bijgezet in het grafmonument dat zijn broer Maurits in 1618 had laten maken voor hun overleden vader en hem zelf.
Willem II als stadhouder
Zijn zoon Willem II volgde Frederik Hendrik op als stadhouder. In 1650 kwam Willem II na een jachtpartij op de Veluwe ziek terug. Hij had koorts en bleek aan de pokken te lijden. Uiteindelijk stierf hij op 6 november 1650 in Den Haag op vierentwintig jarige leeftijd. Acht dagen na zijn overlijden werd zijn zoon geboren, Willem III. Willem II werd in 1651 bijgezet in de grafkelder van Oranje-Nassau. De Staatsgezinde maakten meteen gebruik van de verwarring na het onverwachte overlijden van de Stadhouder. Er ontstond een grote meerderheid die geen stadhouder meer wensten en zo rolde Nederland het Eerste Stadhouderloze Tijdperk in.
Het stadhouderloze tijdperk 1650 - 1672
Ondanks dat er geen nieuwe stadhouder werd aangesteld na het overlijden van haar zoon Willem II, brak er juist nu een periode aan waar Amalia het meest haar stempel op kon drukken. De eerste overwinning was de naam van haar kleinzoon. Amalia kreeg het voor elkaar dat de naam van haar kleinzoon Willem werd terwijl zijn moeder, Maria (Mary) Stuart, hem graag Karel genoemd zou hebben naar haar vader en broer. Ook waren er moeilijkheden over de voogdij tussen Amalia en Maria Stuart. Na meerdere hoogoplopende ruzies kende de Hoge Raad van Holland en Zeeland uiteindelijk de voogdij toe aan Maria Stuart én Amalia en haar schoonzoon, de keurvorst van Brandenburg. Toen Maria Stuart kwam te overlijden, kwam de zorg voor haar kleinzoon,
Willem III, volledig op Amalia neer.
Amalia en Johan de Witt
In het stadhouderloze tijdperk was de staatsgezinde raadspensionaris Johan de Witt een vast contactpersoon van Amalia. Hoewel Amalia de belangen van het Huis van Oranje boven alles stelde kon ze goed met de staatsgezinde Johan overweg.
In 1654 ondertekende Johan de Witt de Acte van Seclusie, hierbij werd de prins (Willem III) van alle voorvaderlijke ambten uitgesloten en in 1667 tekende hij het Eeuwig Edict waarbij het stadhouderschap zelfs volledig werd afgeschaft. Ondank dit veranderde de relatie tussen Amalia en Johan de Witt niet. Amalia was inmiddels op het Oude Hof aan het Noordeinde gaan wonen en hield daar hof voor de Europese adel en vorsten. Zo probeerde zij de ontwikkeling van haar kleinzoon Willem III zo veel mogelijk te stimuleren en te beïnvloeden. Uiteindelijk werd Willem III in 1672 weer benoemd tot stadhouder van Holland, Zeeland, Utrecht, Gelderland en Overijssel en tot kapitein-generaal van de Unie. Drie jaar later in 1675 kwam er een einde aan het leven van de toen inmiddels 73 jarige Amalia. Op 21 december van dat jaar werd zij bijgezet in de grafkelder van de Oranjes in de Nieuwe Kerk in Delft. De vele honderden liefdesbrieven die zij met haar geliefde Frederik Hendrik uitwisselde zullen we nooit kunnen lezen. Volgens haar laatste wens nam haar dochter deze met zich mee in haar graf.
Lees verder