Romeinse feestdagen: de Lupercalia
Eén van de hoogtepunten van het Romeinse jaar waren de Lupercalia, Romeinse feestdagen waarin, zoals Plutarchus beschrijft, de jeugd naakt door de straten renden. Maar waarom werden de Lupercalia gevierd en wat voor functie hadden ze?
Naam
De maand Februarius ontleende zijn naam aan het latijnse woord
Februa, een instrument dat gebruikt werd bij rituelen die de lente voorafgingen. Deze rituelen werden gehouden om de goden gunstig te stemmen voor het voorjaar en om eventuele onbekende beledigingen aan het adres van de goden te vereffenen. De Lupercalia omvatten één van de belangrijkste van deze rituelen.
Het festival ontleende zijn naam aan
Lupa Capitolina, oftewel de Capitolijnse wolf. Deze wolvin had Romulus en Remus, de stichters van Rome, opgevoed en de Lupercalia werden onder andere gevierd in haar eer. De rituelen van het feest werden dan ook voltrekken aan de voet van de Palatijn, in de grot die
Lupercal genoemd werd. Dit was volgens de Romeinen de grot geweest waar de wolvin Romulus en Remus gevonden had.
Functie
Tijdens de Lupercalia, die op 15 februari gevierd werden, werden door het priestercollege van de
Luperci, twee geiten en een hond geslacht. Daarna werden twee jonge patriciërs naar het altaar geleid, waar ze werden ingewijd met geofferde bloed. De
Luperci sneden vervolgens repen van de huiden van de geofferde dieren, die ze
Februa noemden, en renden hiermee rondjes om de Palatijn, één van Rome’s heuvels. Dit deden ze grotendeels naakt, ze sloegen alleen de huid van de geslachte geiten om zich heen.
Terwijl ze om de Palatijn renden, dromden honderden vrouwen samen langs de route. De
Luperci gaven zo veel mogelijk vrouwen een klap met de
Februa, dit zou namelijk de vruchtbaarheid van de vrouw ten goede komen en de pijn tijdens het kinderen baren verminderen. Dit specifieke deel van het ritueel vind zijn oorsprong bij de Sabijnse Maagdenroof, die plaatsvond vlak na de stichting van Rome. De pas gestichte stad had een tekort aan vrouwen en door een list wist Romulus de maagden van de naburige Sabijnen te roven. Deze vrouwen bleken volgens de legende echter onvruchtbaar, totdat ze geraakt waren door de februa.
Oorsprong en einde
De Lupercalia waren naar alle waarschijnlijkheid één van de oudste Romeinse feestdagen. Volgens de legende was de feestdag aanvankelijk ingesteld door de Griek Euander, die ten tijde van de Trojaanse Oorlog nabij Rome gewoond zou hebben. Het feest zou oorspronkelijk ter ere zijn geweest van de Griekse god Pan, die in het latijn
Lupercus genoemd werd, de god van de velden en de herders.
Het definitieve einde van de Lupercalia lag in de periode tussen 494-496. De paus Gelasius trok indertijd fel van leer tegen deze ‘laatste heidense feestdag’ en maakte de senatoren die tegen het afschaffen van de feestdagen waren belachelijk. Het lukte hem uiteindelijk om de feestdagen definitief af te schaffen, al was de importantie van de Lupercalia door de eeuwen heen aanzienlijk afgenomen, met name na de intrede van het Christendom.
Lees verder