Napoleon in Amsterdam in 1811
Het keizerlijk paleis aan Place Napoléon in Amsterdam zal tegenwoordig weinig mensen iets zeggen. Dit was echter in de jaren 1811 tot en met 1813 de nieuwe benaming voor het Koninklijk paleis op de Dam. Per decreet van 13 september 1810 werd Nederland officieel ingelijfd bij het Franse keizerrijk, waarbij Amsterdam na Parijs en Rome als derde stad van het rijk werd benoemd. Het voormalige stadhuis van Amsterdam, dat tijdens het bewind van Napoleon's broer Lodewijk Napoleon reeds omgebouwd was tot een koninklijke residentie, kreeg het predicaat keizerlijk paleis. Slechts één keer heeft Napoleon dit paleis in Amsterdam bezocht en wel met zijn tweede vrouw Marie-Louise in het jaar 1811. Toen brachten zij een bezoek aan de stad Amsterdam.
Koninkrijk Holland
Tussen 1806 en 1810 was Nederland een soort vazalstaat van Frankrijk. Onder druk van keizer Napoleon Bonaparte had een Nederlandse afvaardiging verzocht om een staatshoofd. Napoleon stelde zijn broer Lodewijk Napoleon en zijn stiefdochter Hortense de Beauharnais aan als koning en koningin van Holland. Voordat koning Lodewijk Napoleon zijn intrek nam in het stadhuis van Amsterdam, bewoonde hij paleis Huis ten Bosch in Den Haag, een paleis in Utrecht en het paleis Het Loo in Apeldoorn. Het stadhuis van Amsterdam werd verbouwd tot koninklijk paleis. Dit gebeurde in de empirestijl. Lodewijk Napoleon zou echter niet lang koning van Holland zijn, want onder druk van zijn broer abdiceerde hij in juli 1810 ten behoeve van zijn zoon.
Zeven nieuwe Franse departementen
Napoleon besloot na de inlijving van het Koninkrijk Holland in het Franse keizerrijk tot een bezoek aan zijn zeven nieuwe departementen. Het doel van de reis was het bewerkstelligen van een effectieve incorporatie en verankering van Nederland in Frankrijk. In 1811 brengt Napoleon een bezoek aan Amsterdam dat tezamen met de arrondissementen Hoorn, Utrecht, Amersfoort, Alkmaar en Haarlem deel uitmaakte van het departement van de Zuiderzee. Op 6 oktober 1811 om drie uur 's middags arriveren keizer Napoleon en keizerin Marie-Louise in Amsterdam.
Halfnaakte Spaanse krijgsgevangenen
De keizerlijke stoet bestond grotendeels uit ruiters. Alleen de keizerin met haar hofhouding bevond zich in vijf rijtuigen. De stoet begon met veertig trompetters van Rode Lansiers en werd afgesloten met enige honderden halfnaakte Spaanse krijgsgevangenen die in Den Helder aan de vestingwerken moesten werken. Naast detachementen Garde Grenadiers en Garde Dragonders bestond de stoet uit het zevende regiment Kurassiers. Daarnaast werd Napoleon vergezeld door maarschalken, generaals en stafofficieren. Met veel militair vertoon reed het keizerlijk paar Amsterdam binnen.
De sleutels van de stad Amsterdam
Door de burgemeester (toen maire genoemd) Willem Joseph van Brienen van de Groote Lindt werd aan Napoleon de sleutels van de stad Amsterdam aangeboden. Op het moment dat Napoleon en zijn gevolg de Muiderpoort naderden kondigden kanonschoten en het geluid der kerkklokken de komst van de monarch aan. De straten waar de stoet door heen moest waren afgezet door een dubbele rij van leden van de nationale garde. De huizen waren versierd met vlaggen met de Franse driekleur (op instigatie van het gemeentebestuur). Amsterdam was uitgelopen om de Franse imperator te zien.
Audiëntie voor de notabelen
Eén uur nadat keizer Napoleon in het keizerlijk paleis aan de Dam was gearriveerd, hield hij een audiëntie voor de ministers, ambtenaren, officieren en andere Nederlandse notabelen. Zij werden door de gouverneur-generaal Charles Francois Lebrun aan de keizer voorgesteld. Lebrun, hertog van Plaisance, was ooit mede-consul van Napoleon. De keizer was gekleed in het voor hem karakteristieke uniform van kolonel der jagers.
Paleis in empirestijl
De verbouwing van het voormalige stadhuis op bevel van Napoleon's broer was niet zeer ingrijpend. Het klassieke karakter van de stadhuisvertrekken leende zich uitstekend voor de empire-inrichting. De muurschilderingen, beeldhouwwerken en andere decoraties werden door gordijnen en draperieën verborgen. De empire meubelen van het paleis waren vervaardigd door Joseph Cuel en Carel Breytspraak uit Amsterdam én Albert Eeltjes en Eduard Muller uit Den Haag. De Hollandse empire-meubelen zijn evenals die van Franse makelij gemaakt van dure materialen als mahoniehout, verguld brons, verschillende soorten marmer en glanzende satijn en zijde. De empirestijl werd hierbij geïnspireerd door de Egyptische -, Griekse -, en Romeinse oudheid. Het gebouw was vakkundig getransformeerd in een empire-paleis.
Een loterij voor behoeftigen
Op de dag na zijn aankomst, 10 oktober 1811, bezocht Napoleon een aantal plekken in Amsterdam, zoals de Rijkswerf en het Oosterdok. Hij liet zich ook brengen naar het eiland Pampus. Op 11 oktober bekeek hij o.a. het arsenaal van de marine. Vooral in de militaire objecten van Amsterdam was Napoleon geïnteresseerd. Verder werden er verschillende festiviteiten gehouden in de stad ten ere van de keizer. Zo waren de voorstellingen in de schouwburg kosteloos toegankelijk voor het publiek. Er werden loterijen georganiseerd waaraan de 'behoeftigen' van Amsterdam gratis konden deelnemen. Hiermee konden levensmiddelen en wijn gewonnen worden. In vijf verschillende wijken van Amsterdam werden zo'n 20.000 loten verdeeld, waarop 5.000 prijzen gewonnen konden worden. Aan de armen schonk de keizer een geldbedrag van 30.000 francs zodat ze zijn aanwezigheid zouden blijven herinneren.
Het tsaar Peter-huisje in Zaandam
Gezamenlijk brachten de keizer en keizerin op zondag 13 oktober een bezoek aan Zaandam. Via een tochtje over het IJ brachten ze een bezoek aan het tsaar Peter-huisje. Hier woonde de Russische tsaar tijdens zijn jaren als scheepstimmerman om het vak van de Hollandse scheepsbouwers te leren. Ook maakte Napoleon nog een reis, nu echter zonder de keizerin, naar de marinestad Den Helder. Op dinsdag 15 oktober 1811 verliet Napoleon de hoofdstad en reisde via Broek op Waterland, Hoorn en Medemblik naar Den Helder. Hij wilde van het stadje een belangrijke oorlogshaven maken en daarmee was men reeds begonnen. Hier bezichtigde hij de voor hem gebouwde forten Lasalle en Morland (later hernoemd in Erfprins en Kijkduin). Na een bezoekje aan het eiland Texel keerde Napoleon op donderdag 17 oktober via Bergen, Alkmaar, Beverwijk en Haarlem terug naar Amsterdam. Daar hield hij opnieuw een aantal audiënties.
Place Napoléon
Op dinsdag 24 oktober 1811 om zeven uur 's ochtends vertrok Napoleon vanuit het keizerlijk paleis aan de Dam naar Haarlem. Twee uur later volgde keizerin Marie-Louise. Maire Van Brienen van de Groote Lindt besloot dat ter ere van het keizerlijk bezoek aan Amsterdam voortaan de Dam Place Napoléon zou heten en het Nieuwe Waalseiland Qui (gracht) Marie-Louise. Het bezoek van Napoleon aan Amsterdam duurde van 6 tot en met 24 oktober 1811, met een onderbreking aan Den Helder van 15 tot en met 17 oktober. Dus welgeteld heeft Napoleon veertien dagen in Amsterdam verbleven en daarbij geslapen in het keizerlijk paleis aan de Place Napoléon.
© 2015 - 2024 Aurelius, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Bronnen en referenties
- G.F. Gijsberti Hodenpijl, Napoleon in Nederland (Haarlem 1904).
- J. Belonje, Napoleons plan van verdediging voor Vlieland en Terschelling (1982).
- F. Grijzenhout, Een koninklijk museum. Lodewijk Napoleon en het Rijksmuseum 1806-1810 (Zwolle 1999).
- A. Palmer, An encyclopedia of Napoleon's Europe (Londen 1998).
- P.J. Rietbergen, Lodewijk Napoleon. Nederlands eerste koning 1806-1810 (Amersfoort/Brugge 2006).
- G. Wiersma, Mietje Hulshoff of de aanslag op Napoleon (Utrecht 2003).