Het beleg van Leiden (1574)
De tachtigjarige oorlog, het is bijna niet voor te stellen. Koning Filips II van Spanje was landheer der Nederlanden en wilde al zijn gebieden katholiek maken. Mensen laten zich van nature niet dwingen, dus ook niet door deze koning. Zijn Spaanse legers rukken op en belegeren de ene stad na de andere. Zo ook Leiden, maar krijgen hier een hele kluif aan.
Algemeen
Het stadsbestuur bleef in eerste instantie trouw aan koning Filips II, de koning van Spanje, landheer van de Nederlanden. Omdat Filips de hertog van Alva in 1567 tot landvoogd benoemde, welke zeer impopulaire maatregelen nam. Hij benoemd de Raad van Beroerten, een afsplitsing van de Geheime Raad. Deze speciale rechtbank werd door het volk al snel de bloedraad genoemd, dit vanwege het groot aantal uitgesproken doodsvonnissen. Hierna koos de stad de kant van prins Willem van Oranje.
Beleg
1e beleg
De Leidenaren moeten vreselijk geschrokken zijn toen op 31 oktober 1573 de Spanjaarden, onder leiding van Valdez, voor de eerste keer hun stad begonnen te belegeren. Dit was een nieuwe tactiek, niet gewoon een stad aanvallen waarbij veel slachtoffers vallen. Hij wilde doormiddel van het uithongeren van de burgerij de stad in handen krijgen. Na de eerste angst, vanwege de wetenschap hoe de Spaanse soldaten tekeer konden trekken na de overwinning op een belegerde stad, kwam de stad in opstand.
De stad was goed gevuld met allerlei voorraden, welke bedoeld waren voor het belegerde Haarlem. De stad had deze voorraden niet meer nodig, het was in juli door de Spanjaarden ingenomen. Samen met het vertrouwen in de Prins van Oranje groeide de weerstand van de Leidenaren. Valdez vertrok na een half jaar beleg, omdat de broers van de prins een flink leger de Nederlanden hadden binnengevoerd, welke hij wilde gaan verslaan. Helaas heeft hij niet aan de gevechten deelgenomen, een ander deel van de Spaanse troepen onder leiding van d´Avila bracht het leger op 14 april 1574 een verpletterende nederlaag toe, de lichamen van de broers van de prins zijn niet teruggevonden.
2e beleg
Toen de Leidenaren op 26 mei wakker werden stond het leger van Valdez, bestaande uit ongeveer 7.000 soldaten, weer om de stad heen. Helaas hadden de bewoners binnen de stadsmuren verzuimd de voedselvoorraden aan te vullen, waardoor in juli het stadsbestuur geen andere mogelijkheid meer zag dan alle levensmiddelen in beslag te nemen van mensen die meer dan nodig in huis hadden.
Op 27 augustus kwam de burgerij in opstand, maatregelen volgden om de nood van de armen te voorzien. Drie burgers hadden de moed opgevat om de prins op te zoeken met een missie. Na 3 dagen waren ze terug met de melding dat de dijken waren doorgestoken om de stad te kunnen bevrijden, wat weer een beetje moed onder de burgerij bracht. Het koren raakt op en de bevolking moet alleen leven van vlees.
Terwijl het water al langzaam aan het stijgen is, probeert Valdez met allerlei beloften, de stad tot overgave te dwingen. Tot overmaat van ramp brak in juli naast honger ook nog de pest in heel Holland uit. Tot aan de bevrijding overlijd 1/3e van de Leidse bevolking, namelijk 6.000 burgers.,
Lees verder