WO II - 9. De U-boten vallen aan
De Tweede Wereldoorlog. Willen de Britten blijven doorvechten tegen de nazi's dan hebben ze spullen nodig uit Amerika. Hitler probeert deze bevoorrading te onderscheppen met zijn nieuwe onderzeeërs.
U-boten besluipen geallieerde schepen
12 december 1941, de diepten van de Atlantische oceaan. Een Duitse U-bootcommandant besluipt zijn prooi. Boven hem vaart een konvooi met oorlogsmaterieel naar Engeland. Hij vuurt z’n torpedo’s af en scoort drie voltreffers. De dunne scheepswanden scheuren en de schepen verdwijnen met bemanning en lading naar de bodem. De U-bootcommandant vaart weg en wacht op een nieuw doelwit. De schepen die heen en weer varen vallen hier steeds vaker aan ten prooi. De koopvaardijroutes vormen Hitlers nieuwste doelwit. De Duitse marine is geen partij voor de Britse Navy en mijdt de confrontatie. Ze vallen de koopvaardijschepen aan met hun voor de Britten cruciale lading. De Britten beseffen dat ze moeten voorkomen dat ze geïsoleerd raken. Marine-escortes verminderen het aantal aanvallen van oppervlakteschepen. Maar de gluiperige onderzeeërs blijven dood en verderf zaaien. Dit jaar hebben de U-boten al 3,5 ton aan schepen tot zinken gebracht. Een konvooi vertrekt met 30 schepen en er komen er maar 9 aan. De U-boten vallen bij voorkeur ’s nachts het midden van het konvooi aan. Als de torpedojagers reageren, is het al te laat en de duikboot glipt weg. Maar escortes en verkenningsvluchten vanaf IJsland helpen wel. En hoewel eerst nog neutraal escorteert de Amerikaanse marine de konvooien tot aan IJsland. Desondanks blijven de onderzeeërs dodelijk doeltreffend. De RAF had de harten gewonnen van het Britse volk maar hun leven hangt er nu van af of hun marine de U-boten kan verslaan. De Britten moeten een zeeslag winnen van ongekende weerga.
Geallieerden geven partij aan de U-boten
12 september 1942, Atlantische oceaan. Tijdens een patrouille op 375 km ten noordoosten van Asuncion ontdekt de kapitein van de U-156 een schip dat geidentificeerd wordt als de Britse Laconia. De Laconia, met 'n waterverplaatsing van 20.000 ton, is 'n troepenschip en dus 'n legitiem doelwit. De U-156 vuurt een torpedo af naar het nietsvermoedende schip. De kapitein en z'n bemanning weten echter niet dat de Laconia Italiaanse krijgsgevangenen naar Canada brengt. En er zijn ook vrouwen en kinderen aan boord. De Laconia is maar één slachtoffer in de niet-aflatende strijd tussen de U-boten en de geallieerde Navy's. De zeeën die de VS met de
slagvelden in Europa en
Afrika verbinden, zijn het toneel van 'n dodelijk spelletje 'kat en muis'. Het spel gaat op en neer, net zoals de oceaan zelf. De ene keer wint de een, dan de ander. In het begin van de oorlog voeren de schepen vaak alleen, zonder escorte. Voor de U-boten waren de ongewapende schepen een makkelijke prooi. Maar langzamerhand ontwikkelden de Britten systemen die niet enkel hun boten beschermden, maar ook nog eens U-boten kelderden.
Geallieerden zoeken oplossing
Vrachtschepen voeren samen, vergezeld door boten die ontworpen waren om duikboten te bestrijden. Vliegtuigen met verbeterde radar en zoekapparatuur helpen mee steeds meer aanvallende duikboten te zinken. In de laatste 4 maanden van 1941 werden 66 U-boten gekelderd. Net toen de Atlantische oceaan veiliger werd,
stapten de VS in de oorlog en boden ze weer doelwitten aan de U-boten. Voor het uitbreken van de oorlog tussen Duitsland en de VS, hadden de schepen in de Amerikaanse kustwateren niets te vrezen. Zodra de oorlog verklaard werd, waren ze 'n legitiem doelwit. In de laatste 2 weken van 1941 brachten slechts 5 U-boten, 46 vrachtschepen tot zinken voor de oostkust van de VS. Geallieerde verliezen bleven stijgen: in juni, 121 vrachtschepen. Op dat ogenblik besloten de VS, misschien wat aan de late kant, om langs de hele oostkust konvooivaart in te voeren. Nu de schepen de hele reis beschermd werden, had men een vermindering van de verliezen mogen verwachten. De Duitsers begonnen echter enorme aantallen duikboten te produceren. Tegen eind 1942 zal het aantal operationele duikboten dubbel zo hoog zijn als in januari. Zodra ze klaar zijn, worden ze bemand en naar zee gestuurd om de konvooien te teisteren. De meeste bemanningen zijn onervaren, en dus ten dode opgeschreven. Ze sterven echter niet geruisloos. En zo gaat het spel maar door, terwijl iedere speler de inzet verhoogt. Maar terwijl de heren in Washington en Berlijn de kaarten schudden, zijn het de mannen, en in sommige gevallen de vrouwen en kinderen, die hun leven op het spel zetten, die de ultieme prijs betalen.
Lees verder