Nederlands: Engelse leenwoorden verrijken het Nederlands
Het Engels is tegenwoordig de voornaamste leverancier van nieuwe leenwoorden. In de twintigste eeuw zijn er, zo blijkt na raadpleging van het Etymologisch Woordenboek, maar liefst 1697 Engelse woorden geleend, tegen slechts 393 Duitse woorden. Maken taalzuiveraars zich terecht zorgen? Leidt de niet aflatende stroom van Engelse leenwoorden inderdaad tot de teloorgang van het Nederlands?
De zeventiende eeuw en achttiende eeuw
In de zeventiende en achttiende eeuw was de invloed van het Engels nog bescheiden. Contacten tussen Nederlandse en Engelse zeevaarders in de zeventiende eeuw bleven niet zonder gevolgen voor het Nederlands. De Engelse woorden
boot,
lodesman en
drag staken de Noordzee over, en werden eenmaal in Nederland boot, loodsman en dreg. In de achttiende eeuw werden de Engelse periodieken nagevolgd. Ook ging men pudding (
podding) en rosbief (
roast beef) eten. De heren brachten een bezoek aan het koffiehuis (
coffee house, een Engels woord dat later in onbruik raakte). Het woord
nonsens kwam ook in de mode.
De negentiende en twintigste eeuw
Pas in de negentiende eeuw nam de invloed van het Engels op het Nederlands merkbaar toe. Dat was onder andere te danken aan de populariteit van de Engelse schrijver Walter Scott. Veel historische romans werden in het Nederlands vertaald. Engelse woorden als
dandy,
plenty,
snob, en
sneer drongen het Nederlands binnen. De politieke en economische suprematie van Groot-Brittannië, en de suprematie van de VS na de Eerste Wereldoorlog, maakte het Engels tot een wereldtaal. Vele talen, ook het Nederlands, nemen steeds meer woorden over uit het Engels. De afloop van de Tweede Wereldoorlog zorgde voor een sterke toename van het aantal Engelse leenwoorden. Dankbaarheid voor onze sympathieke bevrijders leidde tot een toegenomen bereidheid om Engelse woorden over te nemen. Woorden als
airconditioning,
make-up,
supermarkt,
trend en
understatement kregen toegang tot het Nederlands. De overgenomen Engelse woorden zijn door spelling en uitspraak doorgaans goed herkenbaar.
Het aantal Engelse leenwoorden
In de negentiende eeuw hadden, zo blijkt na raadpleging van het Etymologisch Woordenboek, 492 woorden de oversteek van de Noordzee gewaagd. In de twintigste eeuw waagden liefst 1697 woorden de oversteek. Het Engels is de belangrijkste leverancier van leenwoorden geworden.
Bevindt het Nederlands zich in de gevarenzone?
Gaat het Nederlands door de hoeveelheid Engelse leenwoorden zijn ondergang tegemoet? De mensen die dat denken kunnen gerustgesteld worden. Het Engels is door Nederlandse leenwoorden als
jacht (yaught),
rugzak (rucksack),
koekje (cookie) en
landschap (landscape) niet minder Engels geworden. Die woorden zijn al zo ingeburgerd dat niemand ze meer als van Nederlandse afkomst zijnde herkent. Van het uitlenen van die woorden is het Nederlands niet armer geworden.
Het lenen van Engelse woorden heeft het Nederlands ook niet armer gemaakt. Leenwoorden verrijken de taal, als ze daaraan wat toevoegen. Zo kunnen leenwoorden een moeilijke conversatie luchtiger maken. We waren niet echt
happy met de manier waarop je alles
cancelde, en ook de directie was
not amused. In ons bedrijf is dat nu eenmaal
not done. Het gebruik van Engelse leenwoorden kan ook meer effect sorteren.
I love you gaat er wellicht beter in dan 'Ik hou van je'. En er zijn leenwoorden die wel iets toevoegen aan de Nederlandse taal, maar waarvoor geen goed Nederlands woord bestaat:
dirty mind,
blessing in disguise,
flower power en
fifty-fifty. Het lenen van Engelse woorden is dus, afgezien van het gebruik van Engelse leenwoorden om snobistische redenen (het gebruiken van leenwoorden om zijn prestige te verhogen), een bron van taalverrijking.
Engelse leenwoorden volgen Nederlandse taalregels
Veel Engelse leenwoorden worden niet klakkeloos overgenomen. Ze worden 'verbouwd' om te kunnen voldoen aan de Nederlandse taalregels. Zo krijgen geleende Engelse naamwoorden een meervoud op -s of -en (Het Engels kent alleen een meervoud op s). De Engelse naamwoorden
budgets en
faxes worden in het Nederlands dus budgetten en faxen.
Geleende Engelse werkwoorden worden ook volgens de Nederlandse taalregels vervoegd; ik push, jij managet, hij lobbyt en wij interviewen. En de verleden tijd van het Engelse werkwoord
briefen wordt in het Nederlands briefte, want de f staat in het Nederlandse kofschip.
Het Nederlands heeft de bepaalde lidwoorden de en het, terwijl het Engels alleen het bepaalde lidwoord
the heeft. Ook de lidwoorden van geleende Engelse naamwoorden volgen de Nederlandse regels. We schrijven dus het
break even point en de
engineer. En omdat naamwoorden die afgeleid worden van werkwoorden in het Nederlands het als lidwoord krijgen (het wandelen), geldt die regel ook voor soortgelijke geleende Engelse naamwoorden (het
hiking).
De kracht van het Nederlands
Het Nederlands is, zo leert de geschiedenis, een taal die zich uitstekend weet te redden. Het Nederlands is onder andere beïnvloed door het Latijn, het Frans, het Duits en nu dus (vooral) door het Engels. De woordenschat is erdoor veranderd (meestal in positieve zin), terwijl de structuur van het Nederlands onaangetast is gebleven. Er is dus geen enkele reden om aan te nemen dat het Nederlands, met 21 miljoen Nederlandse en Vlaamse sprekers, gevaar loopt.
Lees verder