De Griekse bouwkunst
De Griekse bouwkunst kent een lange traditie en dient tot op de dag van vandaag als inspiratiebron voor architecten. Wat zijn de belangrijkste kenmerken?
Griekse bouwhistorie
De Grieken kennen een lange bouwhistorie. De eerste bouwwerken (huizen en paleizen) bestonden voor het grootste gedeelte uit leem en hout, dat in de loop der tijd is vergaan, en waarvan we vandaag de dag dus weinig sporen terug vinden. De bouwwerken waarvan we vandaag de dag wel de sporen terug zien dateren van een latere periode, waarin voornamelijk met het veel duurzamere materiaal steen (marmer) gebouwd werd. Het gaat dan om gebouwen als tempels, theaters en de gebouwen op de agora, het centrum van het dagelijks leven. Huizen werden vaak nog steeds van minder duurzame materialen gebouwd. De Griekse bouwkunst kent drie hoofdstijlen: de Dorische orde (ca. 600 voor Christus), de Ionische orde (ca. 550 voor Christus) en de Korinthische orde (ca. 420 voor Christus). Deze stijlen waren echter niet alles bepalend. Vaak werden twee of drie stijlen door elkaar gebruikt in één bouwwerk.
De Dorische orde
Deze stijl kenmerkt het begin van de klassieke Griekse bouwkunst. De vorm en afwerking van de constructies is, zeker in het prille begin, basaal te noemen. We zien zuilen zonder decoratie en het geheel maakt vaak een zware indruk. In de loop der tijd worden de verhoudingen steeds beter op elkaar aangepast. Het meest ontwikkelde bouwwerk in deze stijl is het Parthenon, de tempel op de Akropolis in Athene.
De Ionische orde
De Ionische orde kenmerkt zich door een duidelijk verschil in de afwerking van de zuilen. Waren de zuilen in de Dorische orde basaal, nu worden ze versierd met een kapiteel bestaande uit twee krulvormen. De constructie van de gebouwen wordt op diverse punten aangepast, bijvoorbeeld door de zuilen op een voetstuk te plaatsen, waardoor het geheel een lichtere indruk maakt. Het Erechtheion, eveneens op de Akropolis in Athene, is een uitstekende uitvoering van deze stijl.
De Korinthische orde
Deze stijl is een verdere uitwerking van de Ionische orde. Niet alleen de Grieken hebben aan deze architecttonische ontwikkeling bijgedragen, ook de Romeinen hebben hier hun stempel op gedrukt. De kapitelen worden nu afgewerkt met bladmotieven waardoor de zuilen een nog decoratievere waarde krijgen. We zien deze stijl terug in het Maison Carre in Nimes.
Zoals al eerder genoemd was er geen strikte scheiding tussen het gebruik van deze drie stijlen. We zien bijvoorbeeld bij het Colosseum in Rome het gebruik van alle drie de stijlen. Elke zuilenrij heeft zuilen in één van de drie stijlen.
Latere invloed
Na de val van het Romeinse Rijk raakt de bouwkunst in de vergetelheid maar vanaf de 15de eeuw ontstaat er een hernieuwde belangstelling voor de klassieke vormen. Gedurende de Renaissance en de Barok en later ook het Classicisme worden paleizen, kerken en landhuizen uitgevoerd in klassieke vormen en/of met klassieke details. Denk bijvoorbeeld aan de façade van de Sint Pieter in het Vaticaan en de Santa Maria della Salute in Venetië. Maar ook dichter bij huis, het paleis op de Dam in Amsterdam en het Mauritshuis in Den Haag. En op andere continenten, bijvoorbeeld het Witte Huis in Washington. De stijl van de oudheid leeft voort in vele gebouwen waar wij dagelijks door omringd zijn.
Lees verder