Het Eupen Barchien, een grafheuvel bij Havelte
Het 'Eupen Barchien' is een prehistorische grafheuvel die aan de Uffelter Kerkweg ligt, tussen de Drentse dorpen Havelte en Uffelte. Waarschijnlijk werd deze heuvel aangelegd rond het jaar 1300 voor Christus. Er bestaan diverse volksverhalen over het ‘Eupen Barchien’. Alternatieve namen die door de plaatselijke bevolking voor deze heuvel worden gebruikt zijn het 'Spoekbarchien' (Spookbergje) en het 'Klöppersbarchien'. In 1946 deden de archeologen H.T. Waterbolk en G. Glasbergen onderzoek naar het 'Eupen Barchien'.
De sage van het Klöppersbarchien
Het was in de prehistorie de gewoonte om een 'steenkrans' aan te leggen rondom een grafheuvel of een hunebed. Het Eupen Barchien had oorspronkelijk zelfs twee steenkransen. Die zijn allebei echter grotendeels verdwenen. Waarschijnlijk is dat in de 17e en 18e eeuw gebeurd. Er waren in die tijd in Nederland heel wat keiendelvers en 'steenklöppers' (steenkappers). Zij trokken de natuur in om stenen te zoeken, die ze vervolgens verkochten ('voor een stuiver per kruiwagen'), bijvoorbeeld aan organisaties die bezig waren met de dijkverzwaring.
Steenrovers
Er waren echter ook heel wat keiendelvers en ‘steenklöppers’ die helemaal geen zin hadden om ver de natuur in te trekken en liever een makkelijker manier zochten om aan stenen te komen. Die trokken vaak naar een megalithisch grafmonument, zoals een hunebed, en roofden daar stiekem zoveel mogelijk stenen. Heel wat prehistorische monumenten zijn hieraan ten prooi gevallen. Ook toen er strenge wetgeving en meer toezicht op kwam, bleef deze praktijk bestaan.
Spoken
Grote delen van de steenkransen van het Eupen Barchien zouden door zulke 'steenkloppers' zijn geroofd. Daaraan zou deze grafheuvel zijn bijnaam 'Klöppersbarchien' te danken hebben. Volgens de volksverhalen beleefden die steenkloppers uiteindelijk weinig vreugde aan het roven van deze stenen. De andere bijnaam van deze grafheuvel was niet voor niets het 'Spoekbarchien' (Spookbergje). Er woonden namelijk spoken in die heuvel: de geesten van de personen die er ooit waren begraven. En die waren vanzelfsprekend boos over de grafschennis door de steenrovers. Op diverse manieren zouden de spoken hen het leven zuur hebben gemaakt. Zo kwamen ze regelmatig 's nachts op bezoek bij de steenrovers en bezorgden hen dan urenlange gruwelijke nachtmerries.
Andere volksverhalen
Wie en wat lag er begraven in het Eupen Barchien? Volgens sommige volksverhalen lagen er soldaten begraven. Volgens andere verhalen lag er in die heuvel een grote pot met goud ('een tonne met gold'). Men moest volgens die verhalen echter vooral niet onderzoeken of dit waar was, want dan zou het heel slecht met je aflopen.
Er werd ook beweerd dat er regelmatig om twaalf uur middernacht op het heuveltje een lichtje te zien was. Men fluisterde ook dat er in die heuvel
'witte wieven' woonden. Daarnaast werd er beweerd dat er regelmatig
heksen samenkwamen op die locatie. In Uffelte bestond ook een oud gezegde dat over deze grafheuvel ging: "As 't règ'nt en de zunne schient, dan bakt de de heks'n pannekoek'n op 't Klöppersbarchien!" (“Als het regent en tegelijk de zon schijnt, dan bakken de heksen pannenkoeken op het Klöppersbarchien!”)
Etymologie van het Eupen Barchien?
Het is onbekend wat precies de betekenis is van de term 'Eupen' in de benaming 'Eupen Barchien'. Er zijn echter wel diverse theorieën over. Zo wordt er beweerd dat 'Eupen' de dialectversie is van 'Open', wat de benaming zou zijn van een woonplaats van witte wieven. Er is echter ook betoogd dat 'Eupen' een verwijzing zou zijn naar vruchten van meidoorns, of bepaalde soorten bessen, of naar de uitwerpselen van paarden. Ook is er beweerd dat 'Eupen Barchien' een verbastering zou zijn van 'Hepenbarg', 'Huppenberg' of 'Hippenberg'. Die laatste benaming zou een verwijzing zijn naar het Groningse woord 'Hiplichtje', wat dwaallicht betekent.
Onderzoek: opgravingen in het Eupen Barchien
In 1946 is er uitgebreid archeologisch onderzoek gedaan in het Eupen Barchien door H.T. Waterbolk en W. Glasbergen. Zij concludeerden dat deze kunstmatige grafheuvel vermoedelijk rond het jaar 1300 voor Christus is opgeworpen.
Lijksilhouetten en een bronzen bijl
Waarschijnlijk zijn er in de eerste fase twee personen in deze heuvel begraven. De lichamen zijn na al die eeuwen reeds lang vergaan, maar in de grond waren nog wel zogenaamde 'lijksilhouetten' (lijkschaduwen) te vinden. Nabij het centrum van de grafheuvel vond men het silhouet van iemand die gestrekt was begraven, hij had een lengte van circa 1,76 meter. Hierbij lag het overblijfsel van een bronzen bijl, die waarschijnlijk als grafgift mee was gegeven aan deze persoon. Die bijl was volgens de archeologische onderzoekers 'een zeer zeldzaam type in de Noord-Europese bronstijd'.
Op ruim anderhalve meter van die eerste lijkschaduw werd ook een tweede lijkschaduw gevonden. Helaas was de grond daar in de loop der tijden deels vergraven, zodat die schaduw niet compleet was en men daar dus veel minder over kon concluderen. Ook werd er bij die tweede lijkschaduw geen grafgift gevonden.
Vijf graven uit een latere periode
Verderop in de grafheuvel werden er nog graven van vijf overledenen gevonden, die in een latere periode zijn bijgezet. Mogelijk waren dit familieleden van de twee personen die in de eerste fase hier waren begraven. Bij drie van de vijf latere graven werden resten van een houten grafkist gevonden.
Tjalling Waterbolk
Eén van de twee archeologen die dit onderzoek deed was Harm Tjalling Waterbolk. Hij volgde aan de universiteit van Groningen oorspronkelijk een opleiding tot bioloog, maar onder leiding van professor
A.E. van Giffen ging hij zich op den duur steeds meer op archeologie focussen.
Tjalling Waterbolk is in 1924 geboren in Havelte en groeide daar op als zoon van de gemeentesecretaris. In zijn jonge jaren hoorde hij vaak volksverhalen over het 'Eupen Barchien' en dat was voor hem een belangrijke inspiratiebron om deze grafheuvel te onderzoeken. Zijn opgravingen in 1946 in het Eupen Barchien leidden tot zijn eerste publicaties op het gebied van de archeologie. In de daaropvolgende decennia zou hij uitgroeien tot één van de belangrijkste en bekendste archeologen van Nederland.
Lees verder