Schilderkunst 17e eeuw: Italianiserende landschapschilders
In de zeventiende eeuw werd Italië door Hollandse schilders gezien als een goede plaats om de leertijd af te sluiten. Rond 1620 vertrok een eerste generatie italianisanten naar Italië, rond 1640 gevolgd door een tweede generatie italianisanten. Na terugkomst in hun vaderland bleven ze schilderijen vervaardigen van gefantaseerde zonovergoten landschappen met veedrijvers, vee en ruïnes. Het fraaie Italiaanse landschap diende ook als achtergrond voor Bijbelse of mythologische taferelen.
Italië als inspiratiebron voor landschapsschilders
In de zeventiende eeuw trokken landschapsschilders als Jan van Goyen, Jacob Ruisdael en Allart van Everdingen gewapend met een schetsboek de natuur in. Soms werden er studiereizen gemaakt naar Frankrijk, Duitsland, Scandinavië, enzovoorts. De tijdens de reizen gemaakte schetsen werden gebruikt om schilderijen met realistisch lijkende berglandschappen en watervallen te vervaardigen.
Een aantal Hollandse landschapsschilders koos Italië als bestemming. Ze beschouwden Italië als een ideale bestemming om hun leertijd af te sluiten. In dat land konden ze de opgegraven resten van de klassieke oudheid zien, kennismaken met het werk van befaamde Italiaanse schilders uit het heden en het verleden, of het zonovergoten, prachtige Italiaanse landschap leren kennen. De schilders die naar Italië gingen om zich te laten inspireren door het Italiaanse landschap worden 'italianisanten' genoemd. Hun schilderijen tonen een geïdealiseerd beeld van het Italiaanse landschap.
De eerste generatie italianisanten
Omstreeks 1620 vertrokken de eerste Nederlandse landschapsschilders naar Italië. In Rome streek een hele kolonie Hollandse landschapsschilders neer. Besloten werd om een vereniging op te richten, genaamd 'bentvleughels' (leden van de club).
Cornelis van Poelenburch (circa 1586 - 1667)
De schilder Cornelis van Poelenburch behoort tot de eerste generatie van de 'italisanten'. De Utrechtse schilder vertrok in 1617 naar Rome. In 1625 keerde hij terug. Zijn uiterst zorgvuldig geschilderde landschappen baden zich in zacht zonlicht. Kenmerkend zijn de opvallende kleurcontrasten en de levendige stoffering, niet zelden met resten uit de klassieke oudheid.
Landschap met de vlucht naar Egypte
In 1625, nog in Rome of net terug uit Utrecht, schilderde hij het
Landschap met de vlucht naar Egypte. De toeschouwer ziet een prachtig landschap met rotsen en ruïnes. Het idyllische landschap is, zoals wel vaker in zijn schilderijen, achtergrond van een bijbels tafereel. Weergegeven is de vlucht van Maria met kind en Jozef naar Egypte. In dit prachtige landschap lijkt de vlucht naar Egypte niet echt een straf. Het schilderij is te bewonderen in het Centraal Museum in Utrecht.
Italiaans landschap
Herman van Swaenevelt (circa 1600-1655)
Ook Herman van Swaenevelt behoort tot de eerste generatie italianisanten. Van 1629 tot 1641 verbleef hij in Rome, waar hij veel opdrachten kreeg van belangrijke vorsten en van het Vaticaan. Ook zijn in zacht zonlicht badende landschappen zijn uiterst zorgvuldig geschilderd. De schilder keerde regelmatig terug naar zijn geboorteplaats Woerden. Het schilderij
Italiaans landschap uit 1643 is in Woerden gemaakt, zo blijkt uit de vermelding achter de signatuur.
De tweede generatie italianisanten
De schilders van de twee generatie 'italianisanten' verbleven in Italië rond 1640. Op grond van hun herinneringen en de in Italië gemaakte schetsen schilderden ze na terugkomst in hun vaderland hun gefantaseerde, realistisch lijkende Italiaanse landschappen. Omdat Italië inmiddels in beeld was gebracht door eerder uit Italië teruggekeerde schilders hoefde men er niet meer naartoe om een Italiaans landschap te kunnen schilderen. Van enkele 'italianisanten' weten we niet zeker of ze Italië daadwerkelijk hebben bezocht.
Veedrijvers in een italianiserend landschap
Jan Both (1615-1652)
De landschapsschilder Jan Both woonde vermoedelijk van ongeveer 1635 tot 1641 in Rome. Zijn schilderijen tonen vaak een ingetogen zelfverheerlijking van het Italiaanse landschap. Zijn kleine op koper geschilderde schilderij (39,6 x 58,1 cm)
Veedrijvers in een italianiserend landschap, geschilderd tussen 1641-52), is een weergave van een eenvoudig landschap zonder verwijzingen naar architectuur, met een rulle zandweg, een bescheiden stoffage van veedrijvers en een warm bruin, roze en geel koloriet (kleurgebruik, bedoeld om een bepaalde sfeer op te roepen).
Italiaans landschap
Nicolaes Berchem (circa 1621/1622-1683)
Ook Nicolaes Berchem behoort tot de tweede generatie Italianisanten. Het is overigens niet helemaal zeker dat hij daadwerkelijk in Italië is geweest. Italië was inmiddels in beeld gebracht door uit dat land teruggekeerde schilders, dus men kon ook Italiaanse landschappen schilderen zonder zelf in het land geweest te zijn. In zijn schilderij
Italiaans landschap uit 1656 genieten de op zijn schilderijen vaker voorkomende herdersfiguren met vee van het zonnige landschap.
Ruïne aan het water
Jan Asselijn (circa 1615-1652)
De schilder Jan Asselijn heeft tussen 1635 en 1644 enkele jaren in Rome gewoond. Hij kreeg van de andere daar verblijvende Hollandse schilders de bijnaam 'crabbetje', vanwege zijn kreupele linkerhand. Het niveau van zijn gefantaseerde landschap is vergelijkbaar met de landschappen van Jan Both. Jan Asselijn was een meester in het weergeven van het zonlicht in uitgesproken kleuren. Dat is onder meer te zien in het schilderij
Ruïne aan het water uit 1650, een gefantaseerd landschap van een haventje aan de Middellandse Zee, met een vervallen kademuur en een ruïne.
Lees verder