Helden uit WO II: Veldmaarschalk Erwin Rommel
Veldmaarschalk Erwin Rommel was gedurende de Tweede Wereldoorlog een held van het gehele Duitse volk. Roemrucht zijn de tactische gevechten die hij voerde met de Britse maarschalk Montgomery in het noorden van Afrika. Omdat hij wist van een mogelijk aanslag op Adolf Hitler, maar dit niet bij de Führer meldde, werd hij door de militaire elite gezien als landverrader en moest hij sterven. Rommel werd bekend door de Tweede Wereldoorlog, maar liet ook al tijdens de Eerste Wereldoorlog van zich horen
Inhoudsopgave
Erwin Rommel
Op 15 november 1891 wordt in de Zuid-Duitse plaats Heidenheim, ten noorden van Ulm, Erwin Johannes Eugen Rommel geboren. Vijfentwintig jaar later, in november 1916, trouwt hij met Lucie Maria Mollin. Hun enige kind krijgen ze in 1928, ze noemen hem Manfred. Voordat Rommel trouwde met Lucie Maria had hij lange tijd een relatie met Walburgia Stemmer. Samen met haar worden zij de gelukkige ouders van een dochter, die ze Gertrud noemen. Wanneer Walburgia komt te overlijden, zogezegd door een longontsteking, nemen Rommel en Lucie Maria het meisje in hun gezin op. Naar buiten toe wordt zij genoemd als zijnde het nichtje van het gezin. Rommel beëindigt zelf zijn leven, gedwongen door hogerhand, op 14 oktober 1944. Hij krijgt wel een helden begrafenis omdat de elite in Berlijn geen gezichtsverlies wil lijden tegenover het volk.
De Eerste Wereldoorlog
Frankrijk
Tijdens de Eerste Wereldoorlog is Rommel vooral te vinden in Frankrijk. Hij is gestationeerd bij het Duitse infanteriekorps en heeft op verschillende plaatsen gevochten. Zo was hij onder andere te vinden op onderstaande plaatsen:
- Ten westen van Verdun
- Aan de rivier de Maas
- In de Argonnen
- In de Vogezen
In een vuurgevecht met enkele Franse soldaten in september 1914 kwam een jonge Rommel zonder munitie te zitten. Rommel besloot de soldaten met de vuisten te lijf te gaan, hij raakte in dit gevecht gewond aan zijn been en werd terug naar Duitsland gestuurd. Na zijn herstel kreeg hij voor zijn getoonde moed het
IJzeren Kruis Tweede Klasse uitgereikt.
De Alpen
Gelukkig voor Rommel herstelde hij volledig van de opgelopen verwondingen. Hij trad een jaar later, in september 1915, weer in dienst. Ditmaal bij de Bergtroepen, alwaar hij werd opgeleid tot bergsoldaat. Toen het Württembergische Gebirgs-bataillon in augustus 1916 werd opgeroepen was Rommel weer van de partij. Deze groep soldaten was geplaatst onder leiding van het Deutsche Alpenkorps. Nadat het korps een tijd was gestationeerd in Roemenië en het Westen, streek het in 1917 neer in het Oostenrijks-Hongaarse Rijk. Het Alpenkorps was meester in de zogenaamde Blitzkrieg, zij gebruikten en perfectioneerden deze stoottroepentactiek voor het eerst aan het Italiaanse oorlogsfront. De grootste overwinning die zij hiermee haalden was de slag om Caporetto in Italië. Een snel opgezette tegenaanval werd afgeslagen. Terwijl het grootste deel van het Deutsche Alpenkorps nog op de plek moest arriveren, trokken Rommel en zijn mannen al door naar de Monte Matajur, vroeger Italië maar nu Slovenië. Doordat ook de Monte Matajur werd ingenomen moesten steeds meer Italiaanse strijdkrachten zich overgeven aan Rommel. Voor zijn overwinningen werd hij na deze slag bevorderd tot de rank van Hauptman. Voor zijn optreden werd hij ook op 10 december 1917 onderscheiden met de
Pour La Mérite-medaille. Omdat hier vooraf flink wat discussie over was geweest was dit voor Rommel teken om niet door te groeien in zijn opleiding tot stafofficier. Later bleek dat deze beslissing grote gevolgen heeft gehad tijdens zijn grote Afrika-campagne in de Tweede Wereldoorlog.
De Tweede Wereldoorlog
De eerste jaren
Rommel overbrugde de jaren tussen beide grote Wereldoorlogen als chef van de begeleidingstroepen van Adolf Hitler. Rommel nam deze troepen mee op de veldtochten in Polen. Mede dankzij Rommel en zijn, inmiddels welbekende, Blitzkrieg was Polen binnen vier weken volledig in Duitse handen. Rommel nam vier maanden na deze overwinningen het commando over als bevelhebber van de Zevende Pantserdivisie. Rommel en zijn Blitzkrieg zorgden ook in Frankrijk en België voor een ware aardverschuiving; in gevechten met de toepasselijke namen Fall Gelb en Fall Rot wisten zijn troepen zo snel te opereren dat ze in het Frans als snel de bijnaam La Division Fantome, het spookbataljon. Vaak ging het zelfs zo snel dat de opperbevelhebber in Berlijn niet wist precies wist waar Rommel en zijn mannen uithingen. Rommel ontving na zijn overwinningen op de Maginotlinie het
Ridderkruis.
Noord-Afrika
Rommel werd in 1941 door het oppercommando benoemd tot Luitenant-Generaal en gestationeerd in Noord-Afrika. In de jaren die hij hier doorbracht maakte hij naam bij het Duitse volk en werd zo een volksheld. Rommel plande en bevocht twee grote offensieven en kreeg hier van zijn Engelse opponenten de bijnaam woestijnvos. Keer op keer wist hij de Engelsen met tactische manoeuvres te slim af te zijn. Zelfs de geroemde Engelse buitenlandse inlichtingendiensten wisten niet precies wat er Noord-Afrika allemaal gebeurde en wat nou precies de grootte was van het Duitse leger aldaar. Rommel liet bij een aanval op de Tunesische stad Tripoli zijn tanks een stuk omrijden om zo te doen lijken dat er veel meer tanks de stad inreden dan daadwerkelijk het geval was. Ook liet hij zijn mannen tanks maken van karton maken en werden auto’s met takken aan de bumpers de woestijn ingestuurd om zo valse sporen te maken. Dit alles om de Engelse opponenten het idee te geven dat het leger veel groter was dan in werkelijkheid het geval was.
Het eerste offensief
Rommel begon op 31 maart 1941 zijn eerste grote Afrikaanse offensief. Hij splitste zijn legerdivisies in twee delen; deel één moest Egypte gaan veroveren terwijl gelijktijdig deel twee Tobroek moest gaan innemen. Vooral de aanval op, het voormalig Italiaanse, Tobroek was een strategische. Dit was op het moment van de aanval, 10 april 1941, in handen van het Australische leger. Rommel liet zijn tanks dwars door de vuurlinie rijden. Zonder enig probleem wisten zij het fort te bereiken. Omdat de infanterie veel meer tegenstand ondervond kwamen de tanks geïsoleerd te staan, waardoor de tanks een gemakkelijk doelwit waren voor de Australiërs. Dat hij deze slag zou verliezen had Rommel al ingecalculeerd, maar hij wist nu wel exact hoe sterk het Australische leger was. Ondanks massale luchtaanvallen door de Duitse Luftwaffe wisten de Australiërs Tobroek keer op keer te behouden. De Vijftiende Pantserdivisie werd in mei 1941 ook onder het commando van Rommel geplaatst. Waar men verwachtte dat zij ingezet zou worden om Tobroek te veroveren, stuurde Rommel deze tanks echter naar Egypte. Het offensief tegen Tobroek werd langzaamaan afgebouwd en op 9 december 1941 besloot Rommel om het offensief volledig te staken. De allereerste grote nederlaag van het Duitse Rijk was een feit.
Het tweede offensief
Rommel liet zich echter niet stoppen en in januari 1942 begon hij aan een tweede offensief tegen Tobroek. Hij moest en zou de stad in handen gaan krijgen. Om dat te kunnen doen moest hij eerst de slag om Gazala zien te winnen van de geallieerden. Dit deed hij uiteindelijk door vrachtwagen te beladen met vliegtuigmotoren om ze zo te laten lijken op grote tanks. Hij liet deze nepttanks een frontale aanval doen op het fort Bir Hakeim. Ondertussen stuurde hij een ander deel door de mijnenvelden naar Tobroek. Omdat zijn legers dwars door de mijnenvelden reden konden zijn niet door de geallieerden in de flank worden aangevallen. De geallieerden wisten niet wat hen overkwam. Uiteindelijk had Rommel bijna een jaar nodig om Tobroek in handen te krijgen, en zelfs op het einde had hij nog een list nodig. In plaats van zijn gehele leger stuurde hij alleen zijn infanterietroepen rechtstreeks naar Tobroek, zelf trok hij via een omweg naar Bardia. Dit deed hij met het Negentigste lichte Pantserdivisie. Hij hoopte zo dat de geallieerden dachten dat hij Tobroek toch zou opgeven en direct door zou gaan naar Egypte. Om de aandacht nog meer af te leiden van de infanterie liet hij ongecodeerde radioberichten uitgaan.
Toen ook de geallieerden naar Egypte trokken, maakten de legers van Rommel rechtsomkeert naar Tobroek. Rommel begon de aanval op Tobroek vervolgens op 20 juni 1942 en binnen een dag stond hij als overwinnaar op het fort. Met deze overwinning kon het Duitse leger echt doorstoten naar de Nijl. Rommel werd voor deze overwinning beloond met een promotie tot Veldmaarschalk. Doordat het oprukkende leger te weinig voorraden had en ook de bevoorrading stokte, strandde het leger van Rommel bij de plaats El Alamein, vanaf oktober 1942 wisten de geallieerden hem hier terug te dringen naar Tunesië. Dit was een flinke prestatie door de vele geallieerde luchtaanvallen waar het Duitse leger mee te maken kreeg. Ondertussen waren de geallieerden ook in Afrika geland. Marokko en Algerije waren alweer in geallieerde handen. Rommel had al meerdere malen gevraagd aan Hitler om de overgebleven legers te evacueren naar Sicilië. Hitler weigerde dit echter om zo Mussolini te vriend te houden. Het laatste gevecht van Rommel in Afrika was de slag op de Kasserinepas. Omdat er voor Rommel niets meer te winnen viel in Afrika vertrok hij in maart 1943 terug naar Duitsland. Ook nu probeerde hij Hitler weer te overtuigen de troepen uit Afrika weg te halen, maar weer weigerde de Führer. Omdat Rommel de toegang daarna werd ontzegd maakte hij de capitulatie van Afrika op 13 mei 1943 niet persoonlijk mee.
Normandië
Na zijn avonturen in Afrika werd Rommel in november 1943 geïnstalleerd als inspecteur van de Atlantic Wall. Hem werd de taak gegeven controle te houden over de Atlantische kustlijn van de Noordzee van Nederland tot aan de Golf van Biskaje in Spanje. Hij moest direct rapporteren aan Hitler zelf. Rommel moest in kaart brengen welke verdedigingslinies hier waren geplaatst en hoe deze het best ingezet konden worden mochten de geallieerden het vaste land bereiken. Op 15 januari 1944 werd Rommel, op voorspraak van Veldmaarschalk Gerd von Rundstedt, bevorderd tot opperbevelhebber van de Heeresgruppe B. Door deze benoeming kreeg hij het bevel over het Zevende en Vijftiende leger van het Duitse Rijk. Hem werd opgedragen de gehele kustlijn van Noord-Nederland tot het zuiden van Bretagne, Frankrijk, te verdedigen. Rommel had de invasie van 6 juni 1944 zien aankomen, maar had geen kans tegen de vele luchtaanvallen en het grove geschut vanaf het Kanaal. Tijdens de invasie was Hitler meerdere malen door Rommel benaderd om te gaan praten met de geallieerden en een vredesakkoord te ondertekenen, Hilter wilde hier echter niet van weten. Volgens hem was de overgave van Normandië het begin van het eind van het Duitse Rijk. Mede omdat ook de Russen vanuit het oosten steeds verder oprukten mocht Normandië absoluut niet afgestaan worden.
Rommels einde
Terwijl Rommel in Normandië het commando voerde, kwam hem ter oren dat er een samenzwering werd gepland tegen Hitler. Operatie Walküre had als enige doel de Führer te vermoorden. Eén van deze samenzweerders was Rommels eigen stafchef Hans Speidel. Samen met enkele andere prominenten had hij een plan opgezet om Hitler te laten vermoorden door Claus von Stauffenberg, waarna zij de leiding in Berlijn over zouden nemen. Dit was naar hun idee de enige manier om eindelijk om de tafel te kunnen gaan met de geallieerden en de oorlog op een vreedzame manier te beëindigen. Claus von Stauffenberg had voor Rommel gevochten in Afrika, daarom hadden de samenzweerders besloten dat Rommel een zeer belangrijke pion moest worden in het plan. Rommel zag het echter anders dan zij. Ja, hij wilde maar wat graag vredesbesprekingen en bleef hier keer op keer bij Hitler op aandringen, maar Hitler vermoorden zag hij absoluut niet zitten. De kans op een martelaarsdood en een burgeroorlog was hem veel te groot en dat wilde hij niet voor zijn volk. Rommel kwam zelf met een ander plan om Hitler te dwingen te gaan onderhandelen met de geallieerden. Hij stuurde een ultimatum naar Berlijn, zou er niet gekozen worden voor onderhandelen dan riep Rommel alle Duitse legers terug en gaf hij Normandië op. Deze teruggetrokken legers konden dan direct helpen met het beveiligen van de oostgrens van het Rijk tegen de oprukkende Russen. Omdat zijn eigen stafchef de brief in handen kreeg, bereikte deze nooit zijn bestemming.
Helaas voor de samenzweerders mislukte Operatie Walküre, de bom ontplofte maar Hitler bleef leven. Rommel wist inmiddels van de aanslag maar had dit niet doorgegeven aan de militaire leiding. Toen de Gestapo via één van andere samenzweerders, Caesar von Hofacker, hoorde dat Rommel van de aanslag wist drongen generaal Erich Kirchheim en de chef van de Partijkanselarij Martin Borman aan om Rommel als landverrader te zien en hem ter dood te veroordelen. Generaals Wilhelm Burgdorf en Ernst Maisle werden op 14 oktober 1944 naar het huis van Rommel gestuurd om hem over te halen zelfmoord te plegen en hem zo een showproces te besparen. Zo bleef hij een held voor het volk en kon hij als laatste daad voor het volk zijn eigen familie sparen. Dit werd in die tijd ook wel de Sippenhaftung genoemd. Rommel zou een officiële militaire begrafenis krijgen en zijn familie bleef recht houden op leefgeld als nabestaanden van een gesneuveld soldaat. Hitler voorkwam hiermee een groot schandaal, het kon toch niet zo zijn dat Der Führer een volksheld uit de Tweede Wereldoorlog zou laten vermoorden? Onder toeziend oog van beide generaals nam Rommel een gifpil en overleed. Het volk werd verteld dat hij alsnog was overleden aan de gevolgen van zijn verwondingen, opgelopen bij een luchtaanval in juli 1944 in Normandië. Pas na de oorlog, tijdens het alom bekende Neurenberg Proces, kwam de werkelijke doodsoorzaak van Veldmaarschalk en volksheld Erwin Rommel echt naar buiten.
Erkenning van zijn daden
Rommel werd niet alleen in Duitsland als een held gezien. Ook Westerse generaals erkenden de kennis en ervaring van Rommel. In de jaren zestig van de twintigste eeuw werden in toenmalig Duitsland twee kazernes naar de volksheld vernoemd.
- De Genralfeldmarschall Rommel-Kaserne in Augustusdorf
- De Rommel-Kaserne in Ulm
Ook werd er door de Duitse Bundesmarine een torpedojager vernoemd naar Rommel. Het grootste tankmuseum van Duitsland, in de stad Münster, is een gehele afdeling gewijd aan Rommel en zijn veldslagen. Ieder jaar wordt er op 14 oktober, ter ere van zijn overlijden, een speciale herdenking georganiseerd om hem te eren.
Lees verder