Keizer Wilhelm II in Nederland, 1918-1941
De Duitse keizer Wilhelm II werd enige dagen voor het einde van de Eerste Wereldoorlog (1914-1918) in zijn vaderland afgezet. Hij verkreeg asiel in Nederland en vestigde zich 1920 in Huis Doorn waar hij tot zijn dood in 1941 verbleef. Hij vermaakte zich vooral met houthakken en zagen. En hij bleef altijd hopen op herstel van de monarchie in Duitsland en op zijn terugkeer, bij voorkeur als keizer, naar zijn oude vaderland. Het kwam er niet van. In Duitsland was ondertussen een andere Führer aan de macht gekomen - Adolf Hitler. Wilhelm was geen aanhanger van Hitler, maar deelde wel veel van diens politieke opvattingen. Dat, maar vooral zijn rol in verband met de Eerste Wereldoorlog en ook de asielverlening door Nederland aan hem zijn altijd omstreden gebleven.
Inhoud
Voorgeschiedenis
Op zondag 10 november 1918 overschreed
keizer Wilhelm II met zijn gevolg de Belgisch-Nederlandse grens bij Eysden, Zuid-Limburg, op weg naar zijn (voorlopige) logeeradres in Nederland, kasteel Amerongen. Daar was een hele geschiedenis aan voorafgegaan en het had in die dagen heel wat voeten in de aarde gehad voor het zover was en het zou nog een tijd duren voor de onrust erover, juist in Nederland, verdween.
De laatste stuiptrekkingen van het Duitse keizerrijk
De 'Grote Oorlog' die in 1914 was begonnen eindigde wat het oostelijk front betreft In 1917;
Rusland sloot na de oktoberrevolutie in dat land vrede met Duitsland. De Duitsers kregen daardoor hoop alsnog de oorlog - later de Eerste Wereldoorlog genoemd - te kunnen winnen want men kon zich nu concentreren op het westelijk front waar de strijd met de geallieerden was vastgelopen in de loopgraven. Maar Amerika sloot zich aan bij de geallieerden die zodoende de overhand kregen, te meer daar zij in die tijd ook nog een derde front op de Balkan waren begonnen. De situatie was voor Duitsland en zijn bondgenoten nu hopeloos geworden. Toen de Duitse legers gebrek aan zo ongeveer alles begonnen te krijgen en er in Berlijn ook nog een revolutie dreigde en matrozen van de Duitse marine rebelleerden, bleek de Duitse regering bereid vredesbesprekingen te beginnen. De geallieerden stelden daarbij als eis dat de keizer en de legerleiding moesten aftreden. De Duitse legerleiding en regering wilden daar uiteindelijk mee akkoord gaan, maar de keizer zelf niet. Hij vertrok uit Berlijn en spoedde zich naar het legerhoofdkwartier in Spa, België.
Wilhelm II naar Nederland
9 november 1918 kreeg de keizer van de legerleiding te horen dat het leger niet meer voor hem zou vechten, met andere woorden, aan de keizer werd te kennen gegeven dat hij maar beter een nederlaag kon accepteren. Rijkskanselier Max von Baden wachtte de reactie van Wilhelm niet af en liet het bericht verspreiden dat de keizer was afgetreden. Eindelijk besefte deze nu dat er geen redden meer aan was en stemde in met het voorstel om te vertrekken naar een veilige plek.
Vertrek op 9 november 1918
Er zijn nogal wat bronnen die informatie verschaffen over het vertrek van de keizer naar Nederland, onder andere een dagboek van Sigurd von Ilsemann, een adjudant van de keizer die hem bij het vertrek vergezelde (en ook altijd zijn adjudant is gebleven de rest van zijn leven). Toch is niet echt duidelijk wie wat precies deed, en vooral niet wie de doorslaggevende beslissingen namen en wie wel of niet op de hoogte was van het plan om naar Nederland te gaan. Het lijkt erop dat er geen vaste plannen waren. Er werd veel geïmproviseerd. We mogen aannemen dat er in de dagen voorafgaande aan 10 november contact is opgenomen door iemand uit de directe omgeving van Wilhelm met de Nederlandse gezant in Brussel. Nederland was een voor de hand liggende bestemming om heen te gaan: het was dichtbij en had een neutrale positie ingenomen gedurende de oorlog. Bovendien bestonden er familiebanden tussen het Duitse (Pruisische) en Nederlandse koningshuis. Wat niet betekent dat er eerst met betrokkenen werd overlegd. Het was niet Wilhelms idee en met
Koningin Wilhelmina was niet van te voren overlegd (volgens de officiële geschiedschrijving - waar trouwens door sommige historici vraagtekens bij gezet worden). Zo ook officieel niet met de Nederlandse regering. Waarschijnlijk is de Nederlandse gezant in Brussel benaderd en deze nam contact op met de minister van Buitenlandse Zaken, Van Karnebeek - de premier, Ruys de Beerenbrouck, was in dat stadium ook niet op de hoogte.
We kunnen constateren dat de trein met Wilhelm en zijn gevolg op 9 november uit Spa vertrok richting Nederlandse grens, dat het gezelschap vóór de grens overstapte in auto's - de trein zou aangevallen kunnen worden - en dat de trein verder zonder het gezelschap naar de grensplaats Eysden reed.
In Nederland, 10 november
Op 10 november 's morgens in alle vroegte verschenen Wilhelm en zijn gevolg bij de grens in Eysden. De grenswacht wilde het gezelschap echter in eerste instantie niet doorlaten - hij had daarvoor geen orders ontvangen. Na telefonisch overleg met de Nederlandse gezant in Brussel kon het gezelschap op Nederlands grondgebied terecht. Ook de trein arriveerde ter plekke en na het nodige oponthoud in Eysden reed het gezelschap per trein verder, richting station Maarn.
Ondertussen had de gezant ervoor gezorgd dat ook Koningin Wilhelmina en de minister van Buitenlandse zaken geïnformeerd waren over de situatie. En de Nederlandse regering verleende nu officieel asiel aan de keizer. Op 11 november, de dag dat een wapenstilstand officieel het einde van de Eerste Wereldoorlog betekende, ging de reis verder van Maarn naar kasteel Amerongen. Met de eigenaar van het landgoed, graaf Godard van Aldenburg Bentinck, was overeengekomen dat Wilhelm enige tijd zou logeren op het kasteel.
Troonsafstand door keizer Wilhelm
Op 28 november deed keizer Wilhelm II officieel afstand van de troon. Ondertussen was door de gang van zaken rond de keizer de verhouding van Nederland met de geallieerden vertroebeld. Ook nadat Nederland op 10 mei 1919 officieel asiel had verleend, bleven de geallieerden druk uitoefenen om Wilhelm uitgeleverd te krijgen; men stelde hem verantwoordelijke voor gepleegde oorlogsmisdaden. In januari 1920 werd een officieel uitleveringsverzoek ingediend, maar de Nederlandse regering weigerde - zij was als neutrale staat niet verplicht tot uitlevering.
De keizer in Doorn
Veel langer dan eerst de bedoeling was bleef de keizer op kasteel Amerongen. Pas in 1920 vertrok hij naar Doorn waar hij Huis Doorn had gekocht van mevrouw W.C. de Beaufort, de weduwe van W.H.J. baron van Heemstra (de goederen van de keizer in Duitsland waren wel geconfisqueerd, maar hij ontving een forse toelage ter compensatie). Ondertussen had zijn vrouw keizerin Augusta Victoria zich bij hem gevoegd. Bovendien was het gelukt wagons vol met bezittingen uit Duitsland naar Nederland te laten komen. Daarmee werd Huis Doorn ingericht. De keizerin overleed al in 1921, waarna Wilhelm hertrouwde met de veel jongere prinses Hermine von Reuss. In 1941 overleed hij in Doorn op 82-jarige leeftijd. Hij is bijgezet in een mausoleum op het landgoed.
Hoop houden en hout hakken
Al die jaren dat de keizer in Nederland verbleef, koesterde hij de hoop ooit nog eens terug te kunnen keren naar Duitsland en daar weer regerend vorst te worden. Hij diende zich onderwijl te vermaken op zijn landgoed. Dat deed hij voornamelijk door het hakken en zagen van hout - een hobby die het bomenbestand op het landgoed flink verminderde ... Daarbij werd hij wel gehinderd door zijn handicap: vanwege complicaties bij zijn geboorte kon hij zijn linkerarm niet gebruiken (ook ten gevolge van die complicaties was zijn linkerarm korter dan de rechter; zodoende hadden al zijn uniformen - waarvan hij er vele bezat en nog te bezichtigen zijn in Huis Doorn - mouwen van verschillende lengte).
Prinses Hermine hoopte, net als haar man, op een terugkeer naar Duitsland en herstel van de monarchie. Toen de nazi's aan de macht kwamen, meende ze dat die hoop werkelijkheid zou kunnen worden. Ze nodigde zelfs partijbons Hermann Goering van de Nazi's uit voor overleg op Huis Doorn. Goering kwam inderdaad - onder een schuilnaam - maar het gewenste effect bleef uit. Hitler c.s. hadden geen enkele behoefte aan een terugkeer van de keizer - laat staan dat hij weer een leidende functie zou krijgen; er was immers al een Führer ...
Het einde
Wilhelm was een conservatieve nationalist, een autoritair heerser die geweld niet schuwde en hij verheerlijkte
das Militär, ook was hij een anti-semiet, maar geen aanhanger van Hitler - zijn vrouw Hermine had meer sympathie voor de nazi-ideologie. Toch stuurde hij (op initiatief van Hermine?) in juni 1940 een gelukstelegram naar Hitler vanwege diens zege in Frankrijk. De Nederlandse regering in ballingschap nam hem dat zeer kwalijk (na de oorlog werd hij als vergelding zijn bezit in Nederland in beslag genomen door de Nederlandse overheid). Het geruchte telegram van juni 1940 heeft hem geen voorkeursbehandeling door de Duitsers opgeleverd. Op de (uitgebreide) site over de keizer op Wikipedia wordt hij, wat betreft zijn verblijf in Nederland tijdens de oorlog tot zijn overlijden in 1941, een 'gevangene van zijn eigen landgenoten' genoemd. In het vroege voorjaar van '41 werd hij tijdens het houtzagen onwel, leek er eerst weer bovenop te komen, maar nog onverwacht op 4 juni van dat jaar overleed hij in Huis Doorn.
Lees verder