Prinses Sophie der Nederlanden (1824-1897)

Willem III (1817-1890) is wel de meest omstreden vorst uit het Huis Oranje-Nassau genoemd; het oordeel over hem is gemiddeld genomen bepaald niet positief. Over zijn zuster Prinses Sophie (niet te verwarren met zijn vrouw die ook Sophie heette) werd en wordt daarentegen alom met waardering en respect geschreven. Vergelijkbaar met haar oom Prins Frederik heeft ze, met haar persoonlijkheid, activiteiten, betrokkenheid en ondersteuning veel bijgedragen aan de waardering voor de Oranjedynastie. Waardering was en is er niet alleen aan Nederlandse kant. Door Sophies huwelijk met de groothertog van Saksen-Weimar-Eisenach is die er ook in het (voormalige) groothertogdom en zeker in de hoofdstad Weimar. Dat is met name te danken aan haar grote inzet daar voor de bevordering van kunsten en wetenschappen. Als tijdelijk plaatsvervanger van haar echtgenoot liet ze zien ook als regerend staatshoofd goed te kunnen functioneren

Inhoud


Jeugdjaren

Afstamming

De Prins van Oranje, in dit geval de latere Koning Willem II, trouwde in 1816 met Anna Paulowna. Zij was een dochter van de Russische Tsaar Paul I. Ze kregen vijf kinderen, vier zonen: Willem, de latere Koning Willem III; Alexander; Hendrik, de Zeevaarder; Casimir, die enige maanden na de geboorte overleed. Het vijfde kind was een dochter: Sophie. Wilhelmina Marie Sophie Louise zoals ze voluit heette, werd geboren in Paleis Lange Voorhout te Den Haag in 1824. (De naam dient niet verward te worden met die van haar nicht en tevens schoonzuster, de vrouw van de latere Koning Willem III, die ook Sophie heette.

Het Koninkrijk der Nederlanden bestond in 1824 nog uit een samenvoeging van twee delen die in 1815 tot stand was gekomen: Nederland en België, met Koning Willem I van Oranje-Nassau als staatshoofd. In 1830 verklaarden de Belgen zich onafhankelijk (wat pas in 1839 door de koning / door Nederland erkend werd). Sophies jeugd speelde zich dan ook af in zowel het noorden als het zuiden van het koninkrijk.

Woonplaatsen en opvoeding

Willem II en Anna Paulowna hadden vier residenties tot hun beschikking. Twee in Nederland: een winterpaleis in Den Haag aan de Kneuterdijk en het paleis te Soestdijk. Ook in België was er, tot de scheiding van het noorden en het zuiden, zowel een winter- als een zomerpaleis voor het gezin. De kleine Sophie verbleef dus op nogal wat verschillende plaatsen. Net als haar moeder woonde Sophie graag op Soestdijk. Daar werd in 1833 in het park bij het paleis een speelboerderijtje gebouwd voor de prinses, waarvan ze zelf de eerste steen metselde met daarop vermeld: W.M.S.L. princes der Nederlanden 21 augustus 1833. Ze vermaakte zich daar met paarden koeien, geiten, pluimvee en een ezeltje (haar broers hielden niet van het boerenbedrijf, voor hen waren in het park jachthuisjes gebouwd).

De opvoeding van de kinderen gebeurde maar gedeeltelijk door de ouders, voor die taak was een gouvernante aangesteld. Al is het bekend dat vader na de Tiendaagse veldtocht (1831), toen er een patstelling ontstond ten aanzien van de Belgische kwestie, meer tijd had en die ook wel besteedde aan de opvoeding en opleiding van de kinderen. De opleiding was voor Sophie, volgens mededeling later van haarzelf, heel beperkt. Dit in tegenstelling tot wat haar broers moesten kennen en kunnen. Zìj was immers een meisje; zaken als etiquette en conversatie werden voor haar belangrijker geacht dan kennis en kunde.

Sophie en Karl Alexander, 1830-1842

Sophies jonge jaren werden voor een belangrijk deel bepaald door de gebeurtenissen rond de afscheiding van België. Met name haar vader was als kroonprins en bevelhebber van het leger veel van huis in die tijd. Hij verbleef nogal eens bij het leger in Tilburg, waar hij een eigen woning had (in 1947 verbouwd tot paleisje, thans het raadhuis van Tilburg). Eind 1830 werd Sophie ernstig ziek. Ze werd in die tijd verzorgd in Huize Sorghvliet (het huidige Catshuis in Den Haag) dat haar vader had gekocht. Na enige maanden was ze zover hersteld, dat ze met haar moeder op reis kon naar Weimar. Daar woonde een zuster van Anna Paulowna, Marie Paulowna, die getrouwd was met de Groothertog van Saksen-Weimar-Eisenach.

Kennismaking

Ze zal daar ongetwijfeld ook haar neef, de erfgroothertog Karl Alexander ontmoet hebben. In 1833 logeerde Anna Paulowna weer in Weimar aan het hof van de groothertog bij haar zuster. Prinses Sophie verbleef in die periode geruime tijd bij haar vader in Tilburg. Vader en dochter waren op elkaar gesteld, dat blijkt uit het dagboek dat de dochter bijhield en uit de brieven die Willem II in die jaren tot zijn dood in 1849 aan haar schreef. In ’34 ging Anna weer op bezoek bij haar zuster in Weimar en Sophie vergezelde haar. Daar maakte ze toen de viering mee van de verjaardag van Karl Alexander, die dat jaar zestien werd. In 1841 bracht de neef een bezoek aan het Nederlandse hof om zijn respect te betuigen aan haar vader die in het jaar daarvoor koning Willem II was geworden.

Huwelijk

Sophie leidde volgens J. van Zanten (Koning Willem II, p. 426) aan de hoven in Nederland een leven vol verveling, in de schaduw van haar broers. Verblijf in Tilburg bij haar vader en de reizen die ze maakte met haar moeder heeft ze ongetwijfeld als een welkome afwisseling beleefd. Vader Willem leefde met haar mee en was daarom ingenomen met een brief die hij in 1841 ontving van zijn schoonzuster/nicht Maria Paulowna waarin deze vroeg of hij wat zag in een verbintenis van zijn dochter met haar zoon Karl Alexander. Kroonprins Willem antwoordde dat hij het prima vond, maar dat de definitieve keuze aan Sophie zelf was. Welnu, deze was ondertussen verliefd geworden op haar neef en dus heel gelukkig met het voorgestelde huwelijk. Het werd gesloten op 8 oktober 1842 in Den Haag. Later vertrok het paar naar Weimar waar het op 22 oktober aankwam.

Koning Willem II was zeer gesteld op zijn dochter en zij op hem. Ze bezocht dan ook nogal eens haar familie in Den Haag. Daarom had de Koning speciaal voor haar een onderkomen ter beschikking gesteld aan het Lange Voorhout: het huidige Paleis Lange Voorhout dat in 1848 beschikbaar was gekomen na het overlijden van zijn zoon Alexander.

Aan het hof in Weimar

Een goed huwelijk in het teken van kunsten en wetenschappen

Het huwelijk van Kroonprins Willem (de latere Koning Willem III) en Sophie van Würtemberg verschilde diametraal met het huwelijk van Karl Alexander en de zuster van Willem, Sophie van Oranje-Nassau. Het eerste was uitgesproken slecht en eindigde in een scheiding, het tweede was juist heel goed. Een vergelijkbaar verschil bestond er wat betreft aanleg en belangstelling van de huwelijkspartners. Die was groot bij de ontwikkelde Sophie van Würtenberg en uiterst gering bij Willem III. Sophie van Oranje-Nassau en Karl Alexander waren beiden liefhebbers van kunst en wetenschap. Sophie was een groot bewonderaar van de pianist-componist Franz Liszt. Deze werd door de vader van Karl Alexander benoemd tot kapelmeester en Sophie kreeg zangles van hem. Hij roemde haar intelligentie en mooie zangstem. Zij beval hem spoedig aan bij haar familie in Den Haag. Daar gaven Liszt en Anton Rubenstein (in die tijd eveneens een zeer populaire, virtuoze pianist en componist) al in november 1842 gezamenlijk concerten.

Sophie wordt moeder

Op 7 oktober 1840 had Koning Willem I afstand van de troon gedaan. Als gevolg daarvan was op 28 november van dat jaar de vader van Sophie ingehuldigd als Koning Willem II. “Een memorabele dag”, schreef de prinses op 7 oktober 1840 in haar dagboek. Ook de inhuldiging en de bijbehorende feestelijkheden maakten indruk, zo lezen we daar (J. van Zanten, p. 365 e.v.). Als volgende hoogtepunt in haar leven kan, gezien haar reactie op het betreffende voorstel, het huwelijk in 1842 gelden. Vader Willem had er weliswaar in toegestemd, maar gaf er, toen zijn dochter naar Duitsland vertrok, blijk van haar maar moeilijk los te kunnen laten. En hij bleek zeer met haar begaan toen ze in het najaar van 1843 zwanger was. Hij maakte zich grote zorgen om haar gezondheid en het verloop van de zwangerschap, zo blijkt uit een brief die hij Sophie schreef.

De bezorgdheid van vader bleek niet terecht: op 31 juli 1844 werd zoon Karl August geboren. Bij de doop waren onder anderen Sophies ouders aanwezig. Er zouden daarna nog drie dochters geboren worden: Marie (1849 – 1922), gehuwd met Hendrik VII Reuss; Sophie (1851 – 1859); Elisabeth (1854 – 1908), gehuwd met Johan Albrecht van Mecklenburg-Schwerin, een halfbroer van Prins Hendrik (1901/1934).

Familiezaken en revoluties (1848-1849)

Hier kwam al naar voren dat het huwelijk van Willem III en Sophie van Würtemberg heel slecht was. Ook Sophie de Prinses der Nederlanden, nicht en schoonzuster van de andere Sophie, besteedt er aandacht aan in haar dagboek. In 1840 noteerde Prinses Sophie der Nederlanden dat ze een gesprek had met haar naamgenoot de toekomstige koningin der Nederlanden. Daarin had die zich beklaagd over haar ondraaglijke leven vanwege haar huwelijk; ze had God gebeden op haar huwelijksdag te mogen sterven in het kraambed.

Sterfgevallen in de familie Van Oranje-Nassau

Dat gebeurde niet: ze beviel in 1840 van een zoon: Willem (Wiwill genoemd om verwarring te voorkomen met vader, grootvader en overgrootvader, die allemaal Willem heetten). De overgrootvader van Wiwill, Willem I overleed in 1843. In 1848 was het helemaal treurnis voor de familie, nog afgezien van de revolutiedreiging en invoering van de liberale grondwet dat jaar (daarover meer in de volgende paragraaf). In dat jaar overleed de tweede zoon van Willem II en Anna: Alexander (geboren in 1818). En nog geen jaar later was er weer rouw: in maart 1849 overleed Koning Willem II. Dit veroorzaakte het nodige verdriet, zeker bij Sophie en helemaal bij Koningin Anna die ontroostbaar leek.

Revoluties, liberale grondwet en weerspannigheid van de kroonprins

De revoluties van 1848 leidden voor Nederland tot een liberale grondwetswijziging. Daarmee werd de ministeriële verantwoordelijkheid ingevoerd; een artikel dat de macht van de Koning reduceerde. Dat leidde tot ergernis en weerstand binnen de koninklijke familie, met name bij de kroonprins. Zodanig zelfs dat deze in eerste instantie weigerde de troon te aanvaarden. Echter, de zaken keerden ter elfder ure nog ten goede. Onder andere in een brief die Anna in die tijd aan haar dochter Sophie schreef komt de affaire aan de orde (zie J. van Zanten, p. 570-574 en 581-586). Het is bekend dat de broer van Willem II, Prins Frederik, een belangrijke rol speelde bij de betreffende ommekeer ten goede. Maar ook Prinses Sophie en moeder Anna hadden er een bijdrage aan geleverd. Sophie onder meer door een brief aan haar oudste broer te schrijven waarin ze adviseerde te proberen de zaak met “papa (…) in alle openheid te bespreken” (zie D. van der Meulen, p. 180). Dat kon zij doen omdat ze zelfs voor die veel oudere en bovendien grillige en eigenzinnige broer Willem een vertrouwensrol had vervuld – een bewijs des te meer dat Sophie in tegenstelling tot haar broers, vader en moeder een door iedereen gerespecteerd gezinslid was, de lieveling van de hele familie.

Revolutie in Weimar

De revoluties hadden voor de Nederlandse politiek en Willem II belangrijke staatsrechtelijke gevolgen. Wel was de omwenteling in Nederland zonder bloedvergieten verlopen en was het koningschap intact gebleven – ongetwijfeld te danken aan het feit dat Willem II de liberale hervormingen accepteerde. De gang van zaken in 1848 in het groothertogdom Saksen-Weimar-Eisenach was vergelijkbaar in die zin dat de groothertog de eisen van de revolutionairen daar grotendeels had ingewilligd en zo zijn positie veilig gesteld. Wel was er daar een complete opstand aan voorafgegaan met veel geweld en een belegering van het slot in Weimar waar de hertogelijke familie toen verbleef. Sophie deed er uitgebreid verslag van in een lange brief aan haar verwanten in Nederland. De omslag van Willem II (‘in één nacht van conservatief liberaal’) is dan ook zeker mede veroorzaakt door de verontrustende berichten over de gebeurtenissen in Saksen-Weimar- Eisenach die hij van zijn dochter ontving.

Groothertog en -hertogin

In 1853 werd Karl Alexander Groothertog van Saksen-Weimar-Eisenach en Sophie dus Groothertogin. In die eerste jaren besteedde het paar veel zorg aan het realiseren van onderwijsinstellingen. Zo werd in 1854 het Sophienstift geopend dat tot doel had ‘door opvoeding en onderwijs, op vrijzinnig-godsdienstige grondslag, evenzeer het gemoed als het verstand der jonge meisjes te ontwikkelen’ (A.M. Gerth van Wijk, p. 62). In 1856 volgde een Rectlgymnasium en vervolgens een Volksschullehrer-Seminar (te vergelijken met de Nederlandse kweekschool voor onderwijzers). Daarbij verdiepte Sophie zich ook in landbouwwetenschappen nadat ze, in verband met het overlijden van haar vader, in bezit was gekomen van het landgoed Heinrichau in Silezië. Maar bekender is het echtpaar gebleven vanwege de betrokkenheid bij kunst, cultuur en wetenschap.

Kunst, cultuur en wetenschap

De hoofdstad van het groothertogdom, Weimar, was een centrum van cultuur. Sophie en haar echtgenoot waren er volop bij betrokken en ondernamen activiteiten om die functie van cultuurcentrum te bevorderen. Veelzeggend is dat ze in een Gedächtnißfeier für die Großherzogin Sophie von Sachsen, Shakespeare-Jahrbuch 34 (1898) een beschermvrouwe van de wetenschap, literatuur en kunst wordt genoemd die bovendien onvermoeibaar streed voor sociale verbeteringen. ”Haar overlijden was niet alleen een groot verlies voor de stad Weimar en omgeving; ook voor veel van de door haar gesteunde instellingen buiten Weimar betekende haar overlijden een ernstige breuk.” Behalve met Franz Liszt, was het echtpaar ook bevriend met componist Richard Wagner en de Deense schrijver Hans Christian Andersen die eveneens in Weimar verbleven. Toen Sophie de nalatenschap van Goethe had ontvangen stichtte ze het Goethe-Archiv. In 1889 kwam daar de nalatenschap van Schiller bij; zo ontstond het Goethe- und Schiller-Archiv.

Culturele activiteiten en oorlogen

Karl Alexander zette zich onder andere in voor de restauratie van de uit de 'geschiedenis der Reformatie' bekende Wartburg bij Eisenach. Zodoende kon daar in 1867, in aanwezigheid van Groothertogin Sophie, de 350-jarige herdenking der Hervorming plaatsvinden met onder andere een opvoering van het oratorium Die Heilige Elisabeth van Liszt. De groothertog kon er niet bij zijn vanwege zijn besognes in verband met de Bruderkrieg van 1866 (oorlog Oostenrijk- Pruisen; de groothertog schaarde zich aan Pruisische zijde en het groothertogdom sloot zich vervolgens aan bij de Noord-Duitse Bond onder leiding van Pruisen). Bij de Frans-Duitse oorlog van 1870-1871 was de groothertog ook betrokken aan Duitse zijde. Hij was toen langdurig afwezig, Sophie nam daarom in die periode op uitstekende wijze voor hem de regering waar, volgens A.M. Gerth van Wijk, p.68.

Bij dit alles speelt ook een rol dat Sophie, zoals meerdere Oranjes, bepaald niet onbemiddeld was en bovendien bereid haar rijkdom mede aan te wenden ten bate van goede doelen. Veel projecten waar ze bij betrokken was werden soms geheel of gedeeltelijk door haar persoonlijk gefinancierd.

Betrokkenheid van Sophie bij haar Nederlandse familie

In 1856 was Sophies moeder, Anna Paulowna overleden. In 1877 vertrok de Groothertogin weer naar Den Haag in verband met een overlijden, nu van haar schoonzuster en nicht Koningin Sophie der Nederlanden. Twee jaar later trad Willem III in het huwelijk met Prinses Emma van Waldeck-Pyrmont. De kinderen van de koning hadden veel moeite met het tweede huwelijk van hun vader. Dat wil zeggen, vooral de jongens; Sophie ook wel, maar naar buiten toe bleef ze zich - in tegenstelling tot haar broers die hun afkeer van vaders huwelijk openlijk uitten - voorbeeldig gedragen. Ze stuurde haar broer Willem een hartelijke brief met gelukwensen.

Familieaangelegenheden, 1873-1890

Het eigen gezin

Oudste zoon Erfgroothertog Karl August trouwde in 1873 met zijn achternicht Pauline van Saksen-Weimar-Eisenach. Zij kregen twee zonen waarvan de oudste, Willem Ernst, geboren werd in 1876. Daarmee was Sophie ook grootmoeder geworden. Het jaar daarop kreeg haar oudste dochter Marie, in 1876 gehuwd met Hendrik VII Reuss, haar eerste kind; er volgden er nog vijf. Dochter Sophie was jong gestorven. Het huwelijk in 1886 van het jongste kind, Elisabeth (‘Elsi’), bleef kinderloos. In 1886 huwde dochter Elisabeth met Johann Albrecht hertog von Mecklenburg-Schwerin. Dit huwelijk bleef kinderloos.

Groothertogin Sophie, tante van Prinses Wilhelmina

Ondertussen was broer Willem III weer vader geworden: zijn jonge tweede echtgenote Emma schonk hem in 1880 een dochter: Wilhelmina (de latere Koningin Wilhelmina). Sophie volgde vanzelfsprekend met veel interesse de ontwikkeling van de nieuwe kroonprinses op wie ze spoedig gesteld raakte; ze kon trouwens eveneens goed overweg met koningin Emma. Beiden waren op hun beurt ook gesteld op (tante) Sophie; er waren over en weer vele bezoeken. Sophies betrokkenheid en raadgevingen werden vooral zeer gewaardeerd door Emma en Wilhelmina na het overlijden van broer, echtgenoot en vader Willem III in 1890. Wilhelmina schreef in haar boek Eenzaam maar niet alleen met veel genegenheid en waardering over tante Sophie. “Tante kwam ieder jaar bij ons logeren en genoot er dan bijzonder van weer in haar oude vaderland te zijn. Tante was voor mij het laatst overgeblevene van vader, wat een bijzondere band gaf, en zij zou mijn opvolgster zijn ingeval mij iets zou overkomen. (…) Tante (…) was voor moeder een gesprekspartner als geen ander. Met haar kon moeder over alles spreken. (…) Ook tante en ik waren grote vrienden en ik herinner mij nog levendig de vertrouwelijke praatuurtjes op haar kamer.” (p.64-66)

In 1890 overleed Koning Willem III. Zuster Sophie woonde de plechtigheden rond de begrafenis bij. Niet de bijzetting in de kerk in Delft; zoals het ook gegaan was met zijn voorvaderen waren daarbij alleen mannen aanwezig. In de zomer van 1896 kwam Sophie met haar man voor het laatst in Nederland. Ze kwamen er de 38e verjaardag van koningin-regentes Emma vieren. Ze logeerden op paleis Soestdijk, omdat haar daar veel deed denken aan haar moeder, Anna Paulowna.

De laatste jaren,1892-1897

Feest

Onder meer in 1892 waren Emma en Wilhelmina op bezoek in Weimar. Toen ter gelegenheid van het 50-jarig huwelijksfeest van het Groothertogelijk echtpaar. Ze bleven vele dagen en maakten alle feestelijkheden mee. Typerend voor Sophie en Karl Alexander was, dat de feestelijkheden niet geopend werden met militair vertoon maar met een grote kunsttentoonstelling, onder andere met inzendingen van Nederlandse schilders. En er waren veel afgevaardigden van wetenschappelijke en literaire instellingen gekomen om het gouden bruidspaar te feliciteren.

Tegenslag, maar toch actief en betrokken gebleven

Verdriet werd ook Sophie en Karl Alexander niet bespaard. In 1894 overleed hun enige zoon, Erfgroothertog Karl August. Het overlijden had Sophie zeer aangegrepen, maar ze bleef haar taken ten bate van het Groothertogdom onverminderd vervullen. In 1896 was ze met haar echtgenoot aanwezig bij de opening van het nieuwe Goethe- and Schiller-Archiv waarvan ontwerp en tekening vervaardigd waren door Groothertogin Sophie, bijgestaan door deskundigen (Gerth van Wijk, p. 94).

Overlijden

Op 23 maart 1897 overleed Sophie, Prinses der Nederlanden en Groothertogin van Saksen-Weimar-Eisenach. Prinses Wilhelmina – in 1880 zou ze Koningin der Nederlanden worden – vertelt in Eenzaam maar niet alleen daarover: “Op het einde van die eerste drukke winter, de drieëntwintigste maart, kregen wij het bericht van het plotselinge overlijden van tante Sophie. Midden in haar arbeid zakte zij ineen en overleed binnen enkele uren. Wij waren diep bedroefd dit laatste van vader te moeten missen, ook om al de liefde die wij van haar ondervonden en omdat zij altijd met haar heldere verstand met raad en daad voor ons klaar stond. Zoals ik reeds vermeld heb, was zij mijn opvolgster voor het geval mij iets mocht gebeuren. Haar heengaan was een stuk werkelijk leven dat ik ondervond en dat mij rijper maakte. Het versterkte nog mijn verantwoordelijkheidsbesef tegenover mijn toekomstige taak...” (p. 84-85)

In aanwezigheid van onder anderen de keizer van Duitsland werd de Groothertogin en Prinses der Nederlanden begraven in de Fürstengruft in Weimar.

Zorgen over de troonsopvolging

Met de dood van Koning Willem III was zijn zuster Sophie de eerste in de lijn geworden voor de erfopvolging in Nederland. Dat bleef ze tot haar overlijden in 1897, en dat niet alleen formeel: met de geboorte van Prinses Wilhelmina was de situatie wel sterk verbeterd maar bleef zorgelijk omdat zij de enige directe nakomeling van de laatste Oranjevorst was en bleef. Mocht haar iets overkomen – Wilhelmina haalde dat zelf ook aan in Eenzaam maar niet alleen (zie bovenbestaand citaat) - dan was Sophie de eerste in lijn van opvolging.

Toen Sophie overleed in 1897, was de troonsopvolging in Nederland dus nog steeds precair; eerst de geboorte van Juliana in 1909 bracht (voorlopig) weer wat zekerheid. Tot zolang was kleinzoon Willem Ernst (zoon van Karl August die in 1894 was overleden) volgens de Nederlandse Grondwet na Kroonprinses Wilhelmina de naastgerechtigde op de troon. Maar diezelfde wet bepaalde ook dat de Koning der Nederlanden geen vreemde kroon kon dragen. Dus toen Willem Ernst in 1901 grootvader Karl Alexander opvolgde als Groothertog in Saksen-Weimar-Eisenach ontstond er veel discussie over zijn positie ten opzichte van de Nederlandse troon. Het vooruitzicht dat een Duitse vorst mogelijk (ook) in Nederland staatshoofd zou worden was niet voor iedereen aanlokkelijk – sommigen vreesden dat Nederland dan door de Duitse staat geannexeerd zou kunnen worden. Met de grondwetswijziging van 1922 werd dat onmogelijk gemaakt; toen werd het recht op troonopvolging beperkt tot nakomelingen van Wilhelmina en voor verdere verwanten niet verder dan tot in de derde graad.

Lees verder

© 2016 - 2024 Petervandenburg, het auteursrecht van dit artikel ligt bij de infoteur. Zonder toestemming is vermenigvuldiging verboden. Per 2021 gaat InfoNu verder als archief, artikelen worden nog maar beperkt geactualiseerd.
Gerelateerde artikelen
Lijst: Koningen, koninginnen van Nederland, der NederlandenLijst: Koningen, koninginnen van Nederland, der NederlandenWillem, Emma, Wilhelmina, Juliana, Beatrix, Willem-Alexander ... Iedereen met enige kennis van de monarchie in Nederland…
Koningin Sophie en Koning Willem III - gescheiden levensNa hun scheiding van tafel en bed, in 1855, gingen Koning Willem III en Koningin Sophie zoveel mogelijk hun eigen gang.…

Prins Frederik (1797-1881), steunpilaar van het OranjehuisVoor het voortbestaan van de Oranjedynastie is het optreden van de tweede zoon van Koning Willem I belangrijk geweest. H…
De Oranjes en de vrijmetselarij in de 19e eeuwDe link Oranjehuis-vrijmetselarij is er al in de 18e eeuw, als orangisten ruim vertegenwoordigd zijn in de loges in Nede…
Bronnen en referenties
  • J. van Zanten, Koning Willem II, 1792-1849 (Uitg. Boom Amsterdam, 2013)
  • D. van der Meulen, Koning Willem III, 1817-1890 (Uitg. Boom Amsterdam, 2013)
  • A.M. Gerth van Wijk., Prinses Sophie der Nederlanden. Groothertogin van Saksen. Een
  • Levensschets (Uig. Damen, Rotterdam, 1898)
  • Wilhelmina, Eenzaam maar niet alleen (Uitg. Ten Have Amsterdam, 1959
  • http://www.historisch-toerisme-bureau.nl/artikelen/GroothertoginSophievanSWE.htm
  • http://shakespeare.let.uu.nl/SOPHIE.htm
  • https://nl.wikipedia.org/wiki/Sophie-van-Oranje-Nassau
  • https://nl.wikipedia.org/wiki/Willem_Ernst_van_Saksen-Weimar-Eisenach
Petervandenburg (184 artikelen)
Laatste update: 20-12-2019
Rubriek: Kunst en Cultuur
Subrubriek: Koningshuis
Bronnen en referenties: 9
Per 2021 gaat InfoNu verder als archief. Het grote aanbod van artikelen blijft beschikbaar maar er worden geen nieuwe artikelen meer gepubliceerd en nog maar beperkt geactualiseerd, daardoor kunnen artikelen op bepaalde punten verouderd zijn. Reacties plaatsen bij artikelen is niet meer mogelijk.