Koning Willem II en de grondwet
De grondwet van het huidige Koninkrijk der Nederlanden stamt in eerste aanleg uit 1814. De eerste vorst in Nederland uit het Huis van Oranje-Nassau, Willem I, kreeg de titel “soeverein vorst”. Daarna vond er in 1815 een aanpassing plaats vanwege de samenvoeging van Nederland en België. Bovendien werd Willem I koning en zijn rijk dus een koninkrijk. In 1848 vond er weer een aanpassing plaats, tijdens de regering van Koning Willem II. Toen werd de grondwet fundamenteel veranderd in democratische zin. Samengevat kwam de verandering erop neer, dat de koning veel minder macht kreeg (“de koning is onschendbaar, de ministers zijn verantwoordelijk”); het parlement kreeg in wezen de hoogste macht. Maar het heeft nog heel wat jaren geduurd voor de monarchen - concreet: koningin Juliana en haar opvolgers - die nieuwe situatie ook inderdaad zonder meer accepteerden.
Inhoud
Op weg naar een constitutionele parlementaire monarchie
De
Staat der Nederlanden is een koninkrijk, een monarchie, maar dan wel een
constitutionele parlementaire monarchie. ‘Monarchie’ wil volgens de letterlijke woordbetekenis zeggen dat er een alleenheerser regeert en zijn ministers zijn, letterlijk, de dienaren die hem helpen bij het regeren.
De praktijk in de staat der Nederlanden is geheel anders: de monarch (koning/koningin) wordt in ons land – en elders komt die staatsinrichting natuurlijk ook voor - in zijn macht beperkt door een constitutie, een grondwet. En er is ook een parlement, dat wil zeggen een volksvertegenwoordiging die de regering controleert.
Willem I
De eerste monarch van ons land uit het Huis van Oranje-Nassau,
Willem I, werd hier te lande in 1813 binnengehaald, als “soeverein vorst”. Er kwam een grondwet in 1814, die hem veel en het parlement weinig macht gaf. In 1815, na de definitieve nederlaag van Napoleon bij Waterloo, werden Nederland en België samengevoegd. Zo ontstond het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, met Willem I als koning; zijn macht bleef onveranderd groot. Een en ander werd toen vastgelegd in een aangepaste grondwet.
Willem II
Willem II was een heel andere persoonlijkheid dan zijn vader. De vader was koppig, vasthoudend en beschikte over een enorme werkkracht. Willem II had die eigenschappen niet in een vergelijkbare mate. Wel was de zoon makkelijk in de omgang vergeleken met zijn stugge vader, en populair. Bij dat laatste speelde zijn heldenrol in de slag bij Waterloo natuurlijk een belangrijke rol.
‘Van conservatief naar liberaal’?
Willem II wilde het allemaal anders doen dan zijn vader en in het eerste jaar van zijn regering leek hij zich te ontplooien als een vorst die er niet voor terugdeinsde om liberale maatregelen te nemen. En hij liet meer aan zijn ministers over dan Willem I. In dat verband is het niet verwonderlijk dat onder zijn bewind (eind 1840 al) de vervolging gestaakt werd van hen die zich
in 1834 hadden afgescheiden van de hervormde volkskerk (gereformeerden).
Echter, zoals J. van Zanten in zijn biografie schrijft (zie onder “bronnen”), de politieke grondhouding van Willem II bleef conservatief. En dat juist onder zijn bewind de befaamde
liberale grondwet van 1848 tot stand kwam, was meer te danken aan angst voor de gevolgen van een revolutionaire omwenteling zoals elders in Europa dat jaar, (onder andere in het groothertogdom Saksen-Weimar-Eisenach waar zijn
dochter Sophie erfgroothertogin was) dan veranderde, liberale opvattingen. Ook is het niet onmogelijk dat de snelle verandering van Willem ten aanzien van de grondwetswijziging mede het gevolg was van chantage – Willem II zou gechanteerd zijn vanwege homoseksualiteit dan wel biseksualiteit (meer informatie daarover kan in de biografie van Van Zanten of via Google gevonden worden).
Malaise in het land
Bij het beoordelen van het optreden van de tweede koning van Oranje-Nassau moet wel in het oog gehouden worden dat hij een koninkrijk had geërfd dat in een zeer zorgelijke financiële situatie verkeerde. En daarbij was er tijdens de regering van Willem II een economische malaise, met ziektes onder mensen, vee en gewassen. In
1848 had hij alle reden om te vrezen dat, net als elders in Europa, ook zijn koninkrijk aan een
revolutionaire omwenteling ten prooi zou kunnen vallen.
De liberale grondwetsherziening van 1848
De geschiedenis van de grondwet van Nederland is dus begonnen in 1814. In 1815 was er een herziening vanwege de vorming van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden. Maar de belangrijkste, fundamentele grondwetsherziening stamt uit
1848.
Thorbecke doet liberale wetsvoorstellen
Niet alleen in 1848, ook in de jaren daarvoor, tijdens de regering van Willem II, lieten voorstanders van liberale hervormingen van zich horen. Zo ook de Leidse hoogleraar en kamerlid J.R. Thorbecke. In 1843 verscheen zijn
Aantekening op de grondwet. In 1844 ging hij tot actie over. Samen met acht andere liberale kamerleden stelde hij, in een voorstel tot wijziging van de grondwet, onder meer voor de onschendbaarheid van de koning en ministeriële verantwoordelijkheid in te voeren (in de praktijk betekende dat het sterk reduceren van de macht der koning). Ook rechtstreekse verkiezing van de Tweede Kamer en het recht van amendement (dat betekende dat de kamer wetsvoorstellen van de regering kon wijzigen) werden genoemd.
Dreigende revolutie
Willem wees de voorstellen resoluut en verontwaardigd van de hand. Dat betekende niet dat de discussie over de grondwet, bij voorbeeld in de pers, verstomde. De maatschappelijke onrust door de slechte levensomstandigheden – voor het overgrote deel der bevolking tenminste - had verontrustende vormen aangenomen. In Parijs was het volk
in februari 1848 in opstand gekomen en de Franse koning (‘de burger-koning’) vluchtte. Ook in de Duitse vorstendommen vonden, zoals aangegeven, omwentelingen plaats.
De liberale grondwet komt er
Nu begon het toch wel te spannen. Willem zag in dat hij eieren voor z’n geld moest kiezen en Thorbecke werd benoemd tot voorzitter van een grondwetscommissie. Deze had haast, mede gezien de onrust in het land en omwentelingen elders in Europa, en spoedig was het ontwerp voor een herziene grondwet gereed. De Koning stemde er mee in, het parlement keurde het goed. Zo was de herziene grondwet van 1848 officieel een feit.
Na 1848
Wat Koning Willem II betreft: in 1849 overleed hij. Dus in de praktijk heeft hij als koning niet lang te maken gehad met de nieuwe grondwet. Zijn opvolger,
Willem III, wel: die regeerde als koning van de parlementaire constitutionele monarchie die Nederland nu was van 1849 tot 1890 – en de beperking van de macht die dat met zich meebracht kon hij maar moeilijk accepteren. De volgende in de rij der monarchen, Koningin Wilhelmina, had er ook nog wel eens een probleem mee om zich zonder meer te schikken. Eerst met Juliana begon de huidige praktijk ten aanzien van de constitutionele monarchie in Nederland waarbij de monarch geen werkelijke macht meer uitoefent (hoewel sommigen menen dat Koningin Beatrix, met haar kwaliteiten en sterke persoonlijkheid, relatief te veel invloed had).
Inhoud van de grondwet van 1848
Tot slot, om het verhaal compleet te maken, nog kort iets over de
inhoud van de grondwet van 1848. Veel bepalingen zoals Thorbecke die had opgenomen in zijn Aantekening op de grondwet uit 1843 (zie hierboven) stonden ook in de nieuwe grondwet. Samenvattend kan gesteld worden dat met de grondwet van 1848 de Koninklijke macht sterk beperkt en de invloed van het volk (via parlementaire vertegenwoordiging) op de regering vergroot werd. Nederland kon zich nu ontwikkelen tot de parlementaire constitutionele monarchie die het tegenwoordig is.
Herzieningen
De grondwet van 1848 is vele malen herzien: onder andere in 1887, 1917 en recent in 1983. Het complete overzicht van alle grondwetsbepalingen en herzieningen, inclusief de wet van 1848, kan simpel via Google geraadpleegd worden. Vooral de site www.parlement.com is heel compleet en overzichtelijk.
Lees verder